Catalonië is een van de populairste Spanje-bestemmingen van Nederlanders. Niet verwonderlijk, want het is dichtbij. De meesten gaan direct naar Barcelona of de kust. Eeuwig zonde, want het achterland is prachtig, uiterst gevarieerd en vaak fascinerend. Daarom: 9 unieke tips.

1. Land van feesten en tradities

 

Castellers - la merce

Elke Catalaanse plaats viert zijn eigen festa major, waarbij kosten noch moeite gespaard worden. Concerten, sardanas (volksdansen), habaneras, stadsreuzen, correfocs (vuurwerk)… en de ster van het feest: castells, menselijke torens die op het ritme van de gralla vanaf de grond worden opgebouwd. De traditie van de castellers ontstond eind achttiende eeuw in Valls aan de Costa Dorada en verspreidde zich langzaam over de rest van Catalonië. La Patum in de stad Berga is een spectaculair traditioneel Catalaans festival. Hier wordt een middeleeuws ritueel herbeleefd met vuur, muziek en dans. La Patum en de castells staan respectievelijk sinds 2008 en 2010 op de immateriële werelderfgoedlijst van de UNESCO.

Een heel bijzondere ervaring is de Dia de Sant Jordi (23 april), de beschermheilige van Catalonië. Op die dag vullen de straten zich met kraampjes met boeken en rozen die de Catalanen elkaar als teken van liefde of vriendschap geven. Deze datum is door de UNESCO uitgeroepen tot Wereldboekendag.

2. Duiken bij de Medes-eilanden

Naast de bekende massaal bezochte stranden biedt de Costa Brava betoverende plekjes. Een van de beste manieren om de mooie baaitjes en stranden te ontdekken is vanuit de zee. Op ongeveer een kilometer voor de kust van L’Estartit bevinden zich de Medes-eilanden. Deze kleine archipel is een van de belangrijkste maritieme natuurre- servaten in de westelijke Middellandse Zee en een ideale plek om te duiken. Duikschool L’Estartit-Illes Medes geeft cursussen en organiseert begeleide duiktrips.

Voor meer informatie zie www.enestartit.com.

3. Dalí, Miró, Picasso en Gaudí

Catalonië heeft heel wat kunstenaars voortgebracht, zoals Dalí, Miró en Gaudí. Ook Pablo Picasso liet hier zijn sporen na. Ook als je niet kapot bent van Dali’s werk, de Triángulo de Dalí (Dalí-driehoek) mag je eigenlijk niet missen als je in Catalonië bent. De route langs het werk van de surrealist Salvador Dalí voert langs het door hemzelf ontworpen Teatro-Museo Dalí in Figueras, het Casa-Museo in Portlligat, waar hij woonde met Gala, zijn vrouw en muze, en het Castillo de Púbol, het middeleeuwse kasteel dat hij schonk aan Gala en waar zij ook begraven ligt. Iets zuidelijker, aan de Costa Dorada, kun je de veel minder bekende Ruta del Paisaje de los Genios (landschap van genieën) volgen. Deze route voert langs de plekken die een inspiratiebron waren voor de schilders Pablo Picasso en Joan Miró, architect Antoni Gaudí en cellist, componist en dirigent Pablo Casals.

Voor meer informatie zie www.salvador-dali.org en www.elpaisatgedelsgenis.cat.

4. Dwalen door Nationaal Park Aigüestortes

Unesco kerken in vall de boí

Echt een andere kant van Catalonië zie je als je een paar dagen gaat wandelen in Nationaal Park Aigüestortes. Met zijn hoge bergen, meer dan tweehonderd poelen en meertjes en ontelbare riviertjes is dit een heerlijke bestemming voor wandelaars en gezinnen. Er lopen 26 wandelroutes van verschillende lengte en moeilijkheidsgraad door het gebied van Aigüestortes en langs het meer van Sant Maurici. In de dorpjes Espot en Boí is informatie te krijgen over het park en de routes. Er zijn daar ook gidsen die hun diensten aanbieden. Je kunt een stevige wandeling combineren met een bezoek aan de bergdorpjes in het Vall de Boí, met de grootste concentratie romaanse architectuur in Europa! Maar liefst acht kerken en een kapel staan er op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Een absoluut meesterwerk is de Pantocrator in de Sant Climent in Taüll, boor-devol middeleeuwse religieuze symboliek uit de twaalfde eeuw. Het is overigens een kopie. Het originele schilderij kun je zien in het Museu Nacional d’Art de Catalunya (MNAC) in Barcelona.

5. Skiën en smullen

Heb je al eens geskied in Catalonië? Baqueira Beret is het beste skigebied van Spanje. De cijfers spreken voor zich: hoogteverschillen van 1000 meter, een gebied van 1922 hectare met meer dan 120 kilometer aan skipiste en nog eens 14 kilometer aan paden. Het skigebied bevindt zich

in het prachtige Val d’Aran op de noordelijke helling van de Catalaanse Pyreneeën, waardoor er een lange periode fantastische sneeuw ligt. Er worden hier ook excursies georganiseerd op sneeuwschoenen, sneeuwscooters, honden- of paardensleeën en als je een echte durfal bent kun je hier heliskiën! Na een intensieve dag in de sneeuw is het heerlijk genieten van de fantastische lokale keuken in een van de vele dorpjes in de vallei. Voor meer info zie www.baqueira.es.

6. Het beste restaurant ter wereld

Gastronomisch gezien is Catalonië bijzonder compleet; het heeft restaurants van wereldformaat, de allerbeste producten en een diepgewortelde culinaire traditie. El Celler de Can Roca in Gerona is diverse malen door het Britse Restaurant Magazine uitgeroepen tot beste restaurant van de wereld – de place to be voor de echte foodies. Het geheim van de gebroeders Roca is dat ze toveren met smaken die iedereen kent. Uitgangspunt zijn lokale producten, wat niet verbaast met de zee, bergen en vruchtbaar land zo binnen handbe- reik. Maar ook exotische producten vormen een grote inspiratiebron. Puntje om rekening mee te houden: de wachtlijst kan wel oplopen tot een jaar, dus reserveer op tijd!

Voor meer info zie www.cellercanroca.com.

7. Land van wijn en cava

wijn

Catalonië telt in totaal elf denominaciones de orígen, kwaliteitswijngebieden. De bekendste is de DOQ Priorat in het binnenland van de Costa Dorada. De wijnstokken in deze bergachtige en droge streek geven uitmuntende druiven. Hier kun je lekker uitrusten in een landelijke B&B, wijn drinken, streekgerechten proeven en via wandel- en fietspaden de omgeving verkennen. Iets verder naar het noorden, tussen Tarragona en Barcelona, ligt de DO Penedès tussen de zee en de bergen. De ster van deze zone is cava, hoewel er ook andere goede wijnen vandaan komen. Op het gebied van wijntoerisme is er van alles te doen: breng een bezoek aan de bekende bodega’s van Freixenet, Codorniu of Torres, of waan je wijnboer voor een dag door mee te draaien in het wijnproces!

Voor meer info zie www.turismepriorat.org en www.enoturismepenedes.cat.

8. De slapende vulkanen van La Garrotxa

In het vulkanisch natuurpark van La Garrotxa zijn veertig vulkanische kraters en meer dan twintig basaltlavavelden. Het kan je als toerist de kriebels geven, maar wees gerust: de laatste uitbarsting was dertienduizend jaar geleden. Dit is een geweldig gebied om te wandelen of etsen en van de natuur te genieten. Je kunt hier zelfs luchtballonvaarten maken, een perfecte manier om in de kraters te kijken! Wat je hier echt niet mag missen, zijn het beukenbos La Fageda d’en Jordà en het middeleeuwse dorpje Besalú met zijn twaalfde-eeuwse brug. Het gebied van La Garrotxa staat ook bekend om zijn ‘vulkanische keuken’. De vulkaangrond is rijk en vruchtbaar, waar de lokale keuken absoluut zijn voordeel mee doet! Voor meer info zie www.cuinavolcanica.cat.

9. De rijstvelden van de Ebrodelta

Flamingo's in de ebrodelta

Wie Catalonië bezoekt, zal versteld staan van de diversiteit in het landschap. In het uiterste zuiden van Catalonië bevindt zich de delta van de rivier de Ebro, met een oppervlakte van ongeveer 320 km2. Hier vind je zoutmoerassen, maag- delijke stranden, de pijlvormige vuurtoren van El Fangar en rijstvelden. Vogelaars kunnen hier meer dan driehonderd vogelsoorten spotten. Het landschap is volledig vlak, dus perfect om er op de ets op uit te gaan! Voor meer informatie zie www.terresdelebre.travel.

banner abonnement espanje

Dit artikel over Catalonië is eerder verschenen in ESPANJE! (nummer 1, jaargang 2014) en de informatie kan achterhaald zijn. Auteur: Catalan Tourist Board

Lees alle berichten over:

achterland
binnenland
Catalonië