Van neoflamenco tot soft rock en r&b: 2024 was weer een jaar vol Spaanstalige muzikale hoogtepunten. Flamencozangeres Luna Zegers selecteerde voor elke editie van het magazine ESPANJE! de mooiste nieuwe muziek. Hieronder vind je de albums die ze dit jaar onder de loep nam, inclusief haar oordeel. Meteen luisteren? In deze Spotify-playlist vind je een selectie van de muziek die dit jaar uitkwam.

Supernova – Ralphie Choo

Openen met een Disneyachtige sprookjessfeer, deze binnen een halve minuut naadloos laten overgaan in soft r&b, om een halve minuut later een bossa nova-feel in te zetten, is in een notendop waar Ralphie Choo, artiestennaam van twintiger Juan Casado, een duivels genoegen in schept. Hij werkt samen met bevriende producers in het Madrileense collectief rusia-idk, met als overkoepelend karakteristiek het gebruik van collages. Het is knap hoe Choo zijn onvoorspelbare arrangementen, grillige geluidsdecors en ongrijpbare liedteksten tot een samenhangend geheel smeedt. Met piano, harp, dwarsfluit, gitaar, zang, samples, uiteenlopende percussie-instrumenten en allerhande elektronische beats verkent hij op Supernova een bonte verzameling van genres als urban, bedroom pop, afrobeat, flamenco, rap, elektronische muziek en folklore. Een ontregelend en gelaagd debuutalbum dat meerdere luisterbeurten nodig heeft maar dan onder de huid kruipt en je niet meer loslaat. 

Ultrabelleza – María José Llergo

Neoflamenco is volop in beweging en María José Llergo bevestigt dat. Opgegroeid in een dorp bij Córdoba liggen haar muzikale wortels in Andalusië en daar is ze trots op. Na een goed ontvangen eerste EP, waarop ze qua stem nog wat zoekend klonk, laat ze op dit ontroerende debuutalbum horen zich verder ontwikkeld te hebben, als zangeres en als songwriter. Soms fragiel en dan weer vastberaden legt ze haar ziel bloot, zingend over seksuele vrijheid (Ultrabelleza), female empowerment (Visión y reflejo) en het aangaan van de strijd met onze eigen demonen (La puerta está abierta). Ultrabelleza viert de transformerende kracht van liefde op het ritme van flamenco, r&b en pop uit de jaren 2000, met als stevig fundament een flinke dosis elektronica. Broeierig en opzwepend tegelijk. 

Veintitantos Victor Martín

Al bij de eerste tonen klinkt er iets in het geluid van de dertigjarige Madrileense songwriter Víctor Martín dat zich onderscheidt van menig andere Spaanstalige zanger-gitarist. Zijn heldere stem ligt prettig in het gehoor en zijn teksten dansen lichtvoetig door de muziek, terwijl hij zijn publiek met een verfrissend positieve energie onderdeel maakt van zijn belevingswereld. Op Veintitantos vertelt hij herkenbare verhalen over hoe hij het ervoer om twintiger zijn, van het altijd maar wachten op zijn geliefde (Te perdí) of het zich juist verliezen in het fysieke samenzijn (Agua y arena). Martín studeerde aan het gerenommeerde Berkley-conservatorium in Boston (VS), wat wellicht verklaart dat zijn muziek sporen draagt van soul, funk en Amerikaanse soft rock uit de jaren zeventig, zoals duidelijk te horen in Haciéndome subir en Vuelve a llover. Een flinke scheut melodieuze popmuziek erbij maakt deze charmante debuutplaat compleet. 

Lees ook: De 15 mooiste Spaanstalige boeken van 2024

La Mona – Sandra Monfort

Openingstrack Pasodoble Maria is deels een dansbare pasodoble in de klassieke zin van het woord, zoals je van een geschoolde gitariste mag verwachten. Maar Sandra Monfort gooit er meteen een aantal andere troeven in, zoals een kreet die de ritmische puls aangeeft en een refrein dat je mee lijkt te voeren naar het Moorse verleden van Spanje. In het Valenciaans zingt ze over maanlicht en glazen vlinders, maar ook over seks, doodzonden, zelfmoord en het patriarchaat. Haar stem klinkt overwegend teder maar is af toe ook feller, zoals in Nostalgic Bitch of Asusena, waarin ze deze bekende kerkelijke maagd vraagt haar tenminste in vrede te laten sterven. La Mona knoopt ballades, boleros, bachatas en andere folkgenres aan elkaar tot een delicaat weefsel waarin Monfort haar nieuwsgierigheid naar verdere horizonten vertaalt in een heldere, eigenzinnige klankwereld. 

Madre Padre Marte Alejandro y María Laura

Ze leerden elkaar kennen aan de universiteit in Lima, maakten muziek en werden verliefd. Nu is de geboorte van hun eerste kind aanleiding voor ontroerende liedjes over La Princesa y el Río of het besef van tijdelijkheid (Lagrimón). Alejandro’s gevoelvolle gitaarspel borduurt voort op de Latijns-Amerikaanse akoestische traditie en zijn delicate stem doet denken aan zijn Argentijnse collega Jorge Drexler. De samenzang met María Laura is de vruchtbare grond waarop liedjes floreren over de gewenste emancipatie van de Peruaanse man en het belang om haast te maken met het beschermen van de natuur. De subtiele drums en bas met af en toe een piano of wat strijkers voor extra kleur vormen het verfijnde muzikale decor voor een dromerig en harmonieus Madre Padre Marte

Tengo tres estrellas y veinte cruces – Ángeles, Víctor, Gloria & Javier

Zet vier muzikanten uit vier verschillende richtingen bij elkaar met de opdracht om een nieuwe muzikale interpretatie te creëren van gedichten van Spanjes beroemdste dichter Federico García Lorca, en het resultaat is een wonderlijk mooi album rondom Lorca’s beeldende poëzie over liefde, verdriet en dood. De jonge flamencozangeres Ángeles Toledano, pop- en jazzdrumster Gloria Maurel en producers Víctor Cabezuelo (piano, synthesizers, bas) en Javier Martín (programmering, effecten, synthesizers) brengen allen volledig andere bagage mee. Toledano’s krachtige stem geeft Lorca’s emotionele verzen extra lading in de frenetieke albumopener Balcón/Madrugada, ondersteund door het energieke drumspel van Maurel. De door Cabezuelo en Martín ontworpen elektronische sferen, soms onderhuids dreigend (Paisaje), dan weer teder (Suspiro tierno), weten deze muzikale metalen wonderwel met elkaar te versmelten. Met Tengo tres estrellas y veinte cruces geven ze ons een warmbloedig en intrigerend album. 

Meer leuks leren over Spanje? Lees dan ook het tijdschrift ESPANJE! Klik hier om het te bestellen

A Dos – Lau Noah

De Catalaanse Lau Noah (Laura Caila Puig) is 19 als ze, op zoek naar avontuur, naar New York vertrekt en aan de slag gaat als nanny. Bij toeval ‘ontdekt’ ze de akoestische gitaar en begint erbij te zingen, de melodieën harmoniserend met de gitaar. Gegrepen door deze magie leert ze zichzelf gitaarspelen. Tien jaar later brengt ze haar tweede album A Dos uit, een elegante verzameling duetten met niet de minste namen, onder wie Gaby Moreno, Jacob Collier, Sílvia Pérez Cruz en Jorge Drexler. Haar stem is even soepel als haar handen, die gemaakt lijken te zijn voor de gitaar. In het Spaans en Engels zingt ze over een boom die verliefd wordt op een rivier, over eenzaamheid en over vrijheid. Haar belangrijkste speerpunt is de magie die ontstaat tussen twee mensen als ze elkaar ontmoeten om te zingen, en die spát werkelijk van deze opnames af. 

Peregrino – Carlos Ares

Na tien jaar in de muziekindustrie te hebben gewerkt als producer van andermans projecten en onder eigen naam alleen een EP met vijf poppy tracks te hebben uitgebracht, werd het tijd voor het debuutalbum van zanger en multi-instrumentalist Ares. Peregrino blinkt uit in originele springerige melodieën en aanstekelijke refreinen, begeleid door gitaren en een solide band met zowel akoestische als elektronische elementen. Carlos Ares uit A Coruña klinkt hierdoor zowel geworteld in zijn Galicische geboortegrond als stevig verankerd in een meer urban context, wat zijn veelzijdigheid benadrukt. Albumtitel ‘Pelgrim’ lijkt dan ook te verwijzen naar zijn eigen creatieve reis, want muzikaal gezien heeft hij duidelijk een ontwikkeling doorgemaakt. Met urgent gezongen teksten over een liefde die vertrok zonder een woord te zeggen, de terugkeer naar iemands thuisland en onbeantwoorde vriendschappen schildert hij een openhartig zelfportret. 

Cantora – Alba Carmona

Alba Carmona’s tweede soloalbum is een collectie liedjes met wortels in de Spaanse en Latijns-Amerikaanse folklore. Deels met eigen composities en deels met canciones tradicionales, zoals Alalá de Muxía en Tu Amor Es Como Un Veneno, geeft ze een eerbetoon aan de muziek die haar heeft gevormd. Als voormalig zangeres van flamencogroep Las Migas verdiende Alba Carmona haar sporen al ruimschoots op het podium. De Barcelonese met Andalusisch bloed verhuisde vervolgens naar Sevilla en vond daar haar levenspartner in gitarist Jesús Guerrero, vaste begeleider van Miguel Poveda. Guerrero is veelvuldig aanwezig op Cantora en geeft met zijn ritmische spel een energetische impuls aan Malhería en de Mexicaanse folksong La Bruja. Samen met Carmona’s stem, met haar soms rauwe, soms hese, en dan weer fluwelen geluid, resulteert dit in een warme liefdesverklaring aan de essentie van volksmuziek. 

<Génesis – Peso Pluma>

Mexicanen hebben er een held bij in de persoon van Hassan Kabande Laija, artiestennaam Peso Pluma, met een Grammy in de categorie ‘Best album Música Mexicana’. Waar de traditionele corridos onder de Mexicaanse regionale folklore worden geschaard, is de daaruit voortgekomen corrido tumbado een mengvorm met urban elementen uit hiphop, reggaeton en latin trap. Het genre is controversieel vanwege de veelvuldige tekstuele verwijzingen naar narcocultuur en criminaliteit. Toch doet Doble P, zoals hij zichzelf ook noemt, met de vrolijke mix van huppelende koperblazers en akoestische gitaren op Génesis recht aan zijn vederlichte artiestennaam. Op het hele album zijn daarentegen geen drums of percussie-instrumenten te horen; alle ritmische accenten komen van de gitaren en blazers. Met 17 tracks die reeds vele miljoenen keren zijn gestreamd, palmt hij op authentieke wijze de wereld voor zich in. 

Zie ook: De beste Spaanstalige muziek van 2023

Un sendero – Musgö

Mar Gabarre uit Chiclana (Cádiz) is een intrigerende verschijning met vele talenten: Ze is harpiste en zangeres, en maakt tevens grote muurschilderingen en tekeningen voor haar kleurrijke videoclips. Ze heeft een unieke stijl die is beïnvloed door triphop, pop, folk en elektronische muziek. Soms treedt ze op met band, maar ook in haar eentje geeft ze net zo gemakkelijk een concert met behulp van haar loopstation, waarmee ze vingerknippen, handgeklap en harpbegeleiding verweeft met haar sierlijke stemgeluid. Ditzelfde concept vertaalt zich op Un sendero in een sensueel en esoterisch album vol stralend licht. Musgö’s teksten nodigen uit tot nadenken over ons levenspad, onze voorouders, spiritualiteit en persoonlijke groei, met af en toe een elegante knipoog naar meer zinnelijke behoeften. Een gracieuze samensmelting van het vleselijke en het mystieke, gevat in betoverende liedjes. 

Aquí y Ahora – Delaporte

Delaporte, een Italiaans-Spaans elektronisch duo gevestigd in Madrid, bestaat uit Sandra Delaporte en Sergio Salvi. De afgelopen jaren hebben ze hun handelsmerk gemaakt van hun mix van elektronische productie met stemmen, sferen en organische texturen, waarmee ze in de Spaanse clubscene een stevige aanhang hebben opgebouwd. Hun optredens houden het midden tussen een live popconcert en een technofeest: ter plekke remixen ze de livezang van Sandra met hun tracks en zetten ze een livesound neer die je niet vaak hoort in dit genre. Delaportes songteksten hebben een meer verhalend karakter dan meestal het geval is bij technotracks, bijvoorbeeld over het valse beeld van de prins op het witte paard (Me la pegué) of lachen als tegengif voor hoge verwachtingen (Corre que te mato). Aquí y Ahora als explosieve oproep tot zelfliefde en dansen als helende kracht. 

Bolsa amarilla y piedra potente – Derby Motoreta’s Burrito Kachimba

Zelf omschrijven ze het als een combinatie van Led Zeppelin op gazpacho, The Stooges op sherry en Black Sabbath tussen de Andalusische zigeuners, samenreizend in de Spanish Caravan waar The Doors van droomden: psychedelia, prog-rock, stoner rock plus een vleug flamenco, omgedoopt tot ‘kinkidelia’. Geheel in stijl is dit Andalusische sextet niet vies van pompeuze geluidsmuren, gillende gitaarsolo’s en stampende drumriffs, maar er is ook ruimte voor melodische referenties naar Lole y Manuel in Ευλαλω (Ef Laló), of synthesizer-arpeggio’s in Manguara. Andalusische humor hebben ze ook: El Chinche start met ‘Tú te rebelaste porque tú querías arroz con tomate’. Met dit derde studioalbum vestigen deze Sevillanen zich definitief aan de top van de Spaanse rockscene. 

Vuelve – La Otra

Isabel Casanova, Madrileense singer-songwriter, zingt als La Otra over politiek, feminisme en de onrealistische eisen die we in deze wereld aan onszelf en anderen stellen. Ze opent met La grieta (De kloof) als een intentieverklaring: Quiero dejar de esconderme (Ik wil ophouden met mezelf te verstoppen). Hiermee zet ze de toon voor een album dat kwetsbaarheid laat horen, in een muzikaal spectrum dat zich beweegt tussen akoestische klanken (Tócame), Latijns-Amerikaanse invloeden zoals de Cubaanse montunos in Asesina, en poppy hiphop (Tenemos poder). La Otra weet op haar haar vijfde studioalbum Vuelve met geëngageerde teksten over zuster- en broederschap en de kracht van het collectief haar luisteraars te overtuigen van de noodzaak om beter voor elkaar te zorgen. Met haar aangename stemgeluid brengt ze haar strijdlustige inslag op bijzonder prettige manier voor het voetlicht. 

Un lugar perfecto – Depedro

Na jarenlang in verschillende bands te hebben gespeeld in thuisstad Madrid, begon Jairo Zavala zijn solocarrière als Depedro in 2008 met een album opgenomen met de Noord-Amerikaanse Americana /indie folkband Calexico, waarmee hij sindsdien ook live tourt. Via zijn Peruaanse vader en Spaanse moeder hoorde hij als kind een brede waaier van stijlen: habaneras, folk, pop, afrobeat, Braziliaanse muziek en Latijns-Amerikaanse folklore van de jaren zestig en zeventig. Op Un lugar perfecto klinken deze invloeden door en toch is zijn eigen stijl onmiskenbaar, mede door zijn poëtische, bespiegelende teksten, waarin hij steeds met optimisme en empathie kijkt naar de wereld om hem heen. Aan liefde en hoop dient te worden gewerkt, is zijn boodschap in La siembra en Lo que va pasando, en het pad is minstens even belangrijk als het doel zelf. Puur, eerlijk en ontwapenend. 

De camino al camino – Rita Payés

Als dochter van klassiek gitariste Elisabeth Roma, met wie ze eerder de albums Imagina en Como la piel uitbracht, en met trompettisten als vader en broers koos Rita Payés zelf voor de trombone als eerste instrument. Ook speelt ze gitaar en daarnaast heeft ze altijd gezongen in de Sant Andreu Jazz Band, de bigband van Joan Chamorro, die zich inspant om jonge getalenteerde spelers op te leiden in jazz. Dit is haar eerste album volledig onder eigen naam en waarop alle composities en arrangementen van haar eigen hand zijn. Ze beheerst het jazzidioom op speelse wijze en daarnaast klinkt haar liefde voor Braziliaanse en Latijns-Amerikaanse muziek duidelijk door in stukken als El CervatilloBenvingudes en Alma en vilo. Met haar 23 jaar levert Payés met De camino al camino een veelzijdig album af vol elegante, sprankelende juweeltjes. 

El Porvenir – Ale Acosta

Producer en muzikant Ale Acosta uit Lanzarote was de helft van het onlangs opgeheven Fuel Fandango, dat een opwindende mix van dansbare folk, electronics en invloeden uit flamenco en funk bracht. Dance en elektronische clubmuziek vormen zijn DNA. Op zijn solodebuut El Porvenir vangt hij de magie en schoonheid van zijn eiland in een veelkleurig geluidspalet waarin ook ruimte is voor rap, house en ritmos latinoamericanos. Opener ¿A dónde vas niño? zet de toon voor een reeks tracks die perfect passen in de huidige muzikale golf van elektronische folk, waarin Acosta een onweerlegbare beheersing toont van de meest dansbare clubvariant. Toch is er ook veel ruimte voor subtiliteiten, zoals in het bezwerende Marfil, waarin naderend onweer klinkt dat de grilligheid van het eiland voelbaar maakt. Feestelijke en organische música electrónica, bruisend van vitaliteit en frescura

Babel: Dels Fems I Les Flors – Lídia Pujol

Zangeres en sociaal activist Lídia Pujol viert haar twintigjarige carrière met een letterlijke langspeler van meer dan 75 minuten muziek, waarop haar jarenlange ervaring in traditionele Jiddische, Keltische, middeleeuwse en Sefardische muziek doorklinken. De titel Babel verwijst naar haar zoektocht naar betekenis, waarin theatraliteit, interpretatie en betrokkenheid bij de tekstuele boodschap onafscheidelijk zijn van haar muzikale gedachtegoed. In ruimtelijke arrangementen van pianist-arrangeur Dani Espasa zingt ze over dualiteiten, zoals over een overbeschermende moeder die haar zoon zijn eigen weg niet kan laten gaan (L’arbret vora el camí), of het indringende Rossinyol, waarin een dochter zich verraden voelt door haar moeder. Veel van de stukken zijn traditionals, waarmee Pujol letterlijk midden in de mediterrane traditie van warme akoestische instrumentatie staat en deze gloedvol doorgeeft aan volgende generaties. 

Torii Yama – Dellafuente

Dellafuente combineert rap, reggaeton, flamenco en trap met het onbetwistbare gemak dat hem kenmerkt sinds hij tien jaar geleden debuteerde met Azulejos de corales, het album dat hem in één klap op de kaart zette. Zijn hybride stijl maakte hem een van de grootste vertegenwoordigers van de Spaanse música urbana. Op Torii Yama refereert hij aan de Japanse cultuur via het beeld van een heilige toegangsdeur tot een berg, een metafoor voor zijn hard bevochten opkomst binnen de muziekindustrie. Zingend over emotionele dilemma’s en morele codes is hij een generatiedichter die angsten een stem geeft en eerlijkheid hoog in het vaandel heeft. Via boeiende colaboraciones met drie opkomende zangeressen, Judeline, Amore en Lia Kali, maakt hij verbinding met het vrouwelijke aanstormende talent in de urban scene, wat dit sterke album nog extra glans en kracht geeft. 

Quëreles – Mëstiza

Wie zich begeeft in het clubcircuit van Ibiza kent deze twee dj’s wellicht van hun Sacro-feesten, een spannend concept waarin elektronische muziek en flamenco muzikaal én esthetisch samensmelten. Het duo, gevormd door Pitty en Belah, wordt geïnspireerd door melodic house, latin house en melodic techno, plus de flamenco waarmee ze opgroeiden. Allebei draaiden ze jarenlang dj-sets in Madrid, tot ze besloten hun krachten te bundelen. Voor hun albumdebuut Quëreles werkten ze met de flamencostemmen van Reyes Carrasco (Estrella), Argentina (Lágrimas), Chambao (Mis Ojos) en een aantal collega-dj’s, wat resulteert in dertien tracks die je het gevoel geven met één voet op de dansvloer van de club te staan en met de andere in een flamenco-tablao. Ook live krijgt dit een geheel eigen smoel door stijlvolle outfits die een brug slaan tussen flamenco en clubbing. Een elegante smeltkroes die je een zwoele clubnacht in lanceert.

KLIK HIER VOOR DE NIEUWSBRIEF VAN ESPANJE!