Avila

Spanje trekt al eeuwenlang schrijvers aan. Ernest Hemingway is veruit de bekendste. Maar ook Nederlandse schrijvers bejubelden het land. Vorig jaar publiceerde ESPANJE! een serie artikelen waarin Volkskrant-correspondent Maartje Bakker en historicus Twan van Lieshout Cees Nooteboom achterna reisden. Nu gaan ze het land door met de reisverslagen van Louis Couperus in de hand.

Deze verhalen zijn te lezen in het boek ‘Van en over alles en iedereen’, dat voor het eerst uitkwam in 1915 en opnieuw werd uitgebracht in 1990. De redactie heeft net hun verhaal binnen gekregen over Couperus’ reis per spoor van Barcelona naar Valencia. Een juweeltje. Maar het duurt nog even voor je dat kunt lezen, want dat nummer ligt pas 4 oktober in de winkel. In het nummer dat nu in de schappen ligt doen Bakker en Van Lieshout kleurrijk verslag van hun bezoek aan Ávila, een stad die diepe indruk op de Haagse schrijver maakte. ‘En de torens schenen betooverd, zoo als alles betooverd scheen…’

Het is het voorjaar van 1913, en Louis Couperus dwaalt midden in de nacht samen met een vriend door Ávila. De volle maan heeft hen naar buiten gelokt. Het is stil in de straten van de stad. De enige die Couperus tegenkomt is de sereno, de man die de nachtelijke uren afroept ‘en die, daar de Spaansche nachten zoo vaak sereen zijn, zijn naam ontleende aan die lieflijke rust…’

De Nederlandse schrijver was met hoge verwachtingen naar Ávila gekomen. Reizen, dat is voor hem het doorvoelen van de stemming van een land. In Spanje wil hij de somberte en de zwaarte ervaren die volgens hem zo typisch Spaans zijn – zo anders dan de lichtheid van Italië. Couperus ziet zichzelf niet als een romanticus, maar dat lijkt een vergissing. Hij zoekt in Spanje het levensgevoel van de romantiek, voortgedreven als hij wordt door een verlangen naar het duistere, het geheimzinnige en het authentieke.

En voor deze romanticus is er geen betere reisbestemming denkbaar dan Ávila. ‘Is zij niet de Spaansche stad, die de faam heeft, de meest stemmingsvolle van Spanje te zijn? Om hare donkere Middeneeuwschheid, om de zeer Spaansche, donkere, zwarte tint, waarmede men haar zich voor stelt? Om hare sombere, vrome, niet Moorsche meer, maar Christelijke geheimzinnigheid, om hare schaduwen en schimmen, om de schim vooral van Santa Teresa…?’

Aanvankelijk valt Ávila tegen. Totdat Couperus besluit zijn wandeling in het maanlicht te maken. ‘En berouw hadden wij geen van beiden te gaan in de maan en de schaduw, door het reeds slapende Avila, want wij zagen een Avila schóon, als wij niet hadden kunnen vermoeden…’, schrijft hij erover. De Nederlandse reiziger raakt volledig in vervoering. ‘Toen ik opzag in de lucht was het of in het maanlichtwaas de Christelijke betoovering tooverde de lange, gewiekte, etherische strepen, de luchte, zwevende engelelijven, die langzaam dreven, dreven…’

Het hele verhaal van Maartje Bakker en Twan van Lieshout over Ávila kun je vinden in ESPANJE 3 2019, tot 4 oktober verkrijgbaar in de winkels. Wil je ‘m thuisgestuurd krijgen. Dat kan ook! 

banner abonnement espanje