Stedentrip | ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje https://www.espanje.nl Wed, 16 Nov 2022 12:42:41 +0000 nl hourly 1 https://wordpress.org/?v=5.8.9 https://www.espanje.nl/wp-content/uploads/2017/05/cropped-favicon-96x96-1-32x32.png Stedentrip | ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje https://www.espanje.nl 32 32 Baskenland: mooie steden én stille stranden https://www.espanje.nl/baskenland-mooie-steden-en-stille-stranden/ Sat, 12 Nov 2022 21:28:22 +0000 http://www.espanje.nl/?p=1597 De grote trekkers van Baskenland zijn Bilbao en San Sebastián. Maar als je er toch bent, verken dan ook de spectaculaire grillige kust. Een woord Baskisch is genoeg om dat tot een onvergetelijke ervaring te maken: Hondartza, strand.

The post Baskenland: mooie steden én stille stranden appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>

 

De grote trekkers van Baskenland zijn Bilbao en San Sebastián. Maar als je er toch bent, verken dan ook de spectaculaire grillige kust. Een woord Baskisch is genoeg om dat tot een onvergetelijke ervaring te maken: Hondartza, strand.

De cultuurtoeristen hebben Bilbao ontdekt en de culi’s overstromen San Sebastián. Bilbao is immers sinds de komst van het Guggenheim het kunstmekka van Spanje geworden. San Sebastián spant – met verschillende restaurants met drie Michelinsterren – op culinair gebied al jaren de Spaanse kroon.

Bilbao: kunstmekka

De voormalige industriestad Bilbao is hard op weg om een van de belangrijkste toeristensteden van Spanje te worden. Dat heeft de stad enkel en alleen te danken aan het fenomenale idee om de fabrieken te sluiten en te verruilen voor kunstpaleizen. Daarvoor wist de stad niet de minsten aan zich te binden. Met Guggenheim werd besloten om een museum voor moderne kunst neer te zetten dat werd ontworpen door de beroemde Amerikaanse architect Frank Gehry. Het resultaat is bekend: Uit alle delen van de wereld komen architecten en stadplanners nu naar het Baskische ‘Wirtschaftswunder’ kijken. Dertig jaar geleden werd het centrum nog gedomineerd door de rokende schoorstenen van de zware industrie en liet je de stad het liefst links liggen. Maar inmiddels heeft de ijzer- en staalproductie plaatsgemaakt voor het toerisme. Met het goede metronet ben je in een mum van tijd van het station bij het Guggenheim. Als we uit de metro stappen, worden we verwelkomd door de met bloemen getooide puppy van Jeff Koons. Dit metershoge kunstwerk voor de ingang van het gebouw is inmiddels de mascotte van de voormalige industriestad geworden.

Lees hier: Top 10 beste hotels in Bilbao

Metershoge spin

Al snel wordt duidelijk dat je het Guggenheim niet alleen moet bezoeken vanwege de kunst die er hangt – een vaste collectie Baskisch werk en wisselende grote exposities van buitenlandse kunstenaars. Het museum is meer een totaalbeleving: Om het in volle glorie te bekijken en te fotograferen, besluiten we om eromheen te lopen. Vervolgens lopen we naar de overkant en vanaf daar hebben we eigenlijk het mooiste uitzicht op het gebouw. Daarna lopen we terug naar het museum. ’ s Avonds komt de stad pas echt tot leven. Dan trekken de Bilbaínos er met de hele familie op uit om te flaneren over de nieuwe boulevard langs de rivier. Verliefde stelletjes vleien zich neer op het muurtje achter het Guggenheim en toeristen laten zich fotograferen onder de negen meter hoge spin, een van de laatste grote werken van de Frans-Amerikaanse kunstenares Louise Bourgeois. Via de promenade kun je doorlopen naar het Maritiem Museum, dat werd gebouwd op de plek waar eerst een oude scheepswerf stond. Hier kun je zien hoe de stad er in de vorige eeuw bij lag, toen de Bilbaínos nog leefden van de industrie en de scheepsbouw. Wij besluiten een kijkje te nemen in de casco viejo om mee te doen aan het dagelijkse ritueel van de Basken: de poteo. Jong en oud komen naar de voetgangerszone in de oude stad om een wijntje te drinken en wat pinchos te eten in een van de vele barretjes van de wijk. Wij ploffen neer op het terras aan het Plaza Nueva. Hier vind je de lekkerste pinchos en delicatessen van de stad. Na een rondje tapasbars lopen we weer naar de andere kant van de rivier waar de Gran Vía nauwelijks onderdoet voor de Ramblas van Barcelona. Het loopt tegen achten en het winkelpubliek dat afkomt op de uit de kluiten gewassen filialen van bekende Spaanse modewinkels als Mango en Zara en natuurlijk een Corte Inglés mengt zich met gezinnen en oudjes die aan hun dagelijkse avondwandeling onder de platanen beginnen.

In editie 3 en 4 2022 van ESPANJE! geven we tips voor mooie wandelroutes in Baskenland, bijvoorbeeld langs de bijzonder flyschformaties van Gipuzkoa. Je kunt die edities hier bestellen.

De stad uit

De volgende dag nemen we metro 2 naar Portugalete en komen daar in een compleet andere wereld terecht. Op de gezellige kade langs de Nervión verloopt het leven duidelijk in een lagere versnelling. Oude mannetjes spelen petanca op het dorpsplein terwijl een verdwaalde toerist en wat lokale jongeren de terrassen bevolken. Dat is genieten, want waar je ook zit, je hebt overal uitzicht op de indrukwekkende Puente Colgante. Deze enorme hangende brug uit 1893 is  sinds 2006  Werelderfgoed van de UNESCO. Je kunt via deze hangende ‘pont’ naar het dorpje Getxo aan de overkant. Voor de bewoners van de dorpen aan beide zijden van de oever een dagelijks ritueel. Maar wij besluiten de lift naar boven te nemen en via de gang tussen beide zijden naar de overkant te lopen. Daar worden we getrakteerd op een magnifiek uitzicht op de stad, omliggende dorpjes en de Golf van Biskaje. In Getxo slaan we meteen linksaf om het strand te verkennen. Het is een mooie zomerdag en het is er redelijk druk. We besluiten door te lopen naar het strand van Algorta even verderop waar het iets rustiger en gezelliger is. Na een duik en een kop koffie lopen we terug naar Getxo. Daar stappen we op de metro naar Plentzia. De weg erheen langs groene bergweiden is al een verrassing, maar Plentzia zelf is helemaal een schot in de roos. We moeten er nog een flink stukje voor lopen, maar dan komen we via een lange kade en het gezellige centrum van het dorp op een prachtig breed zandstrand. Helaas betrekt de lucht in ras tempo, ook dat is Baskenland, zonzeker is het nooit, en in een halfuur ligt het strand er compleet verlaten bij.

Zomerhoofdstad San Sebastián

De volgende dag stappen we op de boemeltrein om langs de grillige rotskust richting San Sebastián te rijden.  San Sebastián wordt ook wel de zomerhoofdstad’ van Spanje genoemd. Koningin Isabella II besloot in 1845 om hier haar zomervakantie rond te brengen, en sinds die tijd is San Sebastián in trek bij de Spaanse en buitenlandse aristocratie. In juli 1912 opende koningin Maria Cristina het grand hotel dat nu nog steeds haar naam draagt. Het werd de zomerresidentie van haar man koning Alfonso XIII en leden van veel Europese koninklijke families brachten hier graag enkele weken door in de zomer. Het hotel werd in de jaren tachtig compleet gerenoveerd en is nu een van de mooiste voorbeelden van de Belle Epoque architectuur van San Sebastián. Als je de stad bezoekt, begrijp je al snel wat de Europese adel hier kwam doen: De ligging van de stad aan de La Concha Baai met aan weerszijden de begroeide hellingen van de Monte Igueldo en de Monte Urgull is namelijk uniek. De zee is hier rustig omdat de golfslag wordt gebroken door het eilandje Santa Clara – vanwege de vorm ook wel de Schildpad genoemd – midden in de baai.

Lees hier: San Sebastián, strandstad voor lekkerbekken

Waanzinnige pinchos

De koninklijke bezoekers hadden in de afgelopen eeuwen dus al goed in de smiezen wat nu steeds meer toeristen ook ontdekken: San Sebastián is een stad met allure waar het leven goed is. De stranden zijn natuurlijk de grote troef, maar de culinaire geneugten doen tegenwoordig ook een flink duit in het zakje. Om te beginnen zijn er maar liefst drie restaurants met drie sterren, maar ook als je minder te besteden hebt, kun je genieten van de exquise Baskische keuken in een van de vele barretjes in de casco viejo. De togen staan hier vol met de meest waanzinnige pinchos gemaakt van alles wat Baskenland te bieden heeft: groenten, zeevruchten, paddenstoelen, romige idiazabalkaas en charcuterie. Elke bar heeft zijn eigen specialiteit, maar een ding hebben ze gemeen: gastvrijheid en gezelligheid tot in de late uurtjes. Wij doen mee met de Basken en trekken van bar naar bar om overal de lekkerste hapjes uit te proberen. Daarna duiken we een van de vele ijssalons in, op elke hoek lijkt er wel een te vinden. Nooit eerder zagen we een Spaanse stad net zovel ijstentjes en de kwaliteit is hier ook beduidend beter dan elders. Ook hier toont de stad zich een gourmetparadijs.

 

 Dit artikel is eerder verschenen in ESPANJE! en de informatie kan achterhaald zijn. Auteur: Marjan Terpstra.

Wil je meer leuke Spanjetips?

Cover Espanje 02-22

Lees dan ook het mooie tijdschrift ESPANJE!

  • Vier x per jaar 100 pagina’s inspiratie
  • Elke keer weer honderden tips
  • Roadtrips, steden, natuur, cultuur, wonen en  lifestyle
  • Vier edities voor slechts €19,95
  • Dat is 25% korting op de winkelprijs van €6,99
  • Korting op Spaanse films en evenementen
  • Maak kans op gratis boeken
  • Altijd als eerste in huis
  • Ook de digitale editie in je mailbox.
  • Je regelt het meteen via deze link

bestellen

 

The post Baskenland: mooie steden én stille stranden appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>
Shoppen: de beste boetieks van Barcelona https://www.espanje.nl/shoppen-barcelona/ Wed, 09 May 2018 13:27:52 +0000 http://www.espanje.nl/?p=816 Shoppen in Barcelona kan natuurlijk bij de vele bekende namen die in de stad gevestigd zijn. Maar in de vele boetieks vind je nét wat andere kleding, accessoires of snuisterijen. Hoe leuk als souvenir!

The post Shoppen: de beste boetieks van Barcelona appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>

Voor de gevestigde merken ga je naar de Passeig de Gràcia, Rambla de Catalunya en de buurt rond de Portal de l’Àngel. En Barcelona’s nieuwste aanwinst op winkelgebied, de shopping mall Arenas in de voormalige stierenarena, is alleen al vanwege het prachtuitzicht een bezienswaardigheid op zich. Sla de ouderwetse levensmiddelenzaak Colmado Quilez (Rambla de Catalunya) en de spectaculaire Hennes & Mauritz in het vroegere pand van Barcelona’s gasbedrijf (Portal de l’Àngel) niet over. Maar grote kans dat je na de zoveelste Zara snakt naar iets originelers. Pak de metro naar Gràcia of steek die Ramblas eens over richting El Raval voor de trendy wijk El Born. Fijne bijkomstigheid: puike plekken voor de lunch, musea om cultuur te happen en de lekkerste cocktails om je dag mee af te sluiten.

Dorpse sfeer in Gràcia

Ooit was Gràcia een dorp ten westen van Barcelona en anno nu is het dorpsgevoel in dit stadsdeel nog steeds tastbaar door de vele bekoorlijke pleinen. Langs de Gran de Gràcia overheersen de grotere winkelketens en het verkeer, dus sla snel de Carrer d’Asturies in. Deze straat is sinds een paar jaar voetgangersgebied met steeds meer trendy winkels. Neem bijvoorbeeld een kijkje bij de ecoschoenen van Nagore (nummer 50). In de levendige Carrer de Verdi wisselen winkelzaken en restaurants elkaar af. Je kunt er bovendien een uitstapje maken naar de bioscoop. Cines Verdi is een van de weinige filmhuizen waar de films in originele taal vertoond worden. Zeer geschikt als shoppingpauze. Wie op zoek is naar schoenen moet zeker binnenlopen bij Sueños Negros (nummer 13) en voor de kledingfanaten zijn El Piano (nummer 20) en El Piano Man (nummer 15) van ontwerpster Tina García leuke zaken.

Lees ook: top 10 beste hotels van Barcelona

Hippe kids en designbaby’s

De shoproute vervolgt langs de Travessera de Gràcia. Goede olijfolie koop je bij Oli Sal (nummer 170). Voor bijzondere en exotische levensmiddelen zit je goed bij de Delishop (nummer 141). Ook vind je hier een filiaal van de fijne keten Natura (nummer 162), waar je voor zeer billijke prijzen behaaglijke en grappige cadeauartikelen tegenkomt. Op zoek naar iets hips voor de kids? Ook dan zit je goed in Gràcia. Hier opende all-round geboortewinkel Limobebe het allereerste filiaal (Rambla del Prat 15). Daarna kun je verder naar Nobodinoz (Carrer de Séneca 9) waar ze alles verkopen voor designbaby’s en tot slot is er voor de stoere kleintjes Rock 01 Cool Baby (Carrer de Bonavista 16). Hier vind je ook de woonwinkel Be House, een ideaal adresje voor als je nog een cadeautje moet scoren in de huiselijke sfeer.

Lees ook: 19 x Barcelona met kinderen

Modernillos en zonnebrillen

El Raval is een goed voorbeeld van hoe een groezelige immigrantenwijk kan opbloeien tot een buurt waar locals uit de hele stad hun zaterdagmiddag komen slijten. Voor dit ‘beleven’ van de barrio werd zelfs een werkwoord verzonnen; ravalejar. De versmarkt La Boquería is natuurlijk een must-see voor culinaire types. Daarna duiken we snel de Carrer de Joaquin Costa in. Een paar jaar geleden trof je hier enkel berberkapperszaken, kebabtenten, bollywoodvideotheken en antieke buurtcafés. Maar inmiddels is de straat uitgegroeid tot het domein van Barcelona’s modernillos, zoals de allerhipste stadsbewoners worden genoemd. Favorieten zijn bazaar Fantastik (nummer 62), net zo geweldig als de naam doet vermoeden, het romantische Les Topettes (nummer 33) voor bijzondere zeep en parfum en Wilde Vintage (nummer 8) voor exclusieve tweedehands zonnebrillen.

Retro-­ en vintagekoopjes

Vervolg je weg richting de Carrer de Riera Baixa, de tweedehands-shopstraat van de stad. Zaterdagmiddag is het beste moment, want dan hangen de winkeliers hun retro- en vintagekoopjes gewoon op straat. Je komt hier werkelijk van alles tegen, van feestkostuums (Lailo) tot chique accessoires en van All Stars tot door grootmoeder gebreide truien. Het gebied in de buurt van het MACBA, het fraaie witte museum voor moderne kunst, is het meest gepimpte deel van de wijk. De rustige straten zijn in trek bij jonge ontwerpers en je vindt er ook speciaalzaken zoals Ras (Carrer del Doctor Dou 10), met boeken over architectuur en design. Iets verder richting Ramblas zit Vaho Gallery (Carrer de Bonsucces 13). Het merk hergebruikt publiciteitsmateriaal waarmee het stadsbestuur van Barcelona evenementen aankondigt voor de vervaardiging van stevige tassen. Het resultaat is in het oog springend en duurzaam.

Barcelona’s SoHo

De wijk El Born is al jaren the place to be voor het winkelend publiek dat exclusiviteit zoekt. Niet voor niets wordt de buurt regelmatig vergeleken met het New Yorkse SoHo. Designerboetieks en een lange stoet aan originele shopadresjes zijn gevestigd in eeuwenoude panden, die met de opkomst van Barcelona als Europese hotspot werden gerenoveerd en El Born zijn charme geven. Je loopt de wijk hoogstwaarschijnlijk binnen via de Carrer de l’Argentera. Hier kom je langs diverse restaurants en Banys Orientals, een van de beste hoteldeals in de stad. Ook zitten er enkele leuke winkels, hoewel je voor het echte werk verder de wijk in moet. Sla bij de kerk Santa María del Mar rechtsaf om de gebakjes van het inmiddels – in Barcelona wereldberoemde – Bubo (Carrer de les Caputxes 10) te bewonderen. Tip: de chocoladetabletten en de hippe Bubodoosjes vol zoete en zoute lekkernijen doen het altijd goed bij thuisblijvers. Je kunt er ook meteen een gebakje, een waar kunstwerk, proeven in de koffiehoek.

Olijvensessie en hondenmode

Wijnliefhebbers moeten bij Bubo meteen even de hoek om, want daar zit Vila Viniteca (Carrer dels
Agullers 7). Deze voormalige kruidenierszaak bestaat tegenwoordig uit twee winkels. De ene is een luxueuze wijnwinkel met duizenden verschillende soorten, met veel Catalaanse en Spaanse wijnen. Prijzen lopen uiteen van vijf tot zesduizend euro. Daar tegenover zit nog steeds een kruidenierszaak, maar dan in een modern jasje waar je ook maaltijden kunt krijgen. Vervolg je weg over de Passeig del Born die vooral schoeisel biedt, maar duik ook zeker het buurtje aan je rechterhand in. Hier vind je een zaak van Custo Barcelona (Plaça de les Olles 7) en El Ganso (Carrer de Vidriera 7), een label dat werd opgericht door twee Spaanse broers en is geïnspireerd op klassieke, stijve, Britse mode. Coquette (Carrer del Rec 65) is een luxe vrouwenmodezaak met elegante ontwerpen. La Comercial (Carrer del Rec 75) heeft hier verschillende filialen, met vrouwen-, mannen-, en zelfs hondenmode, maar ook moois voor in huis. Ga ook even binnen bij Olive Barcelona (Plaça de les Olles 2), waar je niet alleen olijfolie kunt krijgen, maar ook olijfzeep en andere producten. De dressings achterin zijn een hit. Je kunt de verkoopster vragen om een proefsessie.

Bijzondere chocoladerepen

Vanaf hier kun je terug richting de Passeig del Born om de Carrer del Rec aan de andere kant in te slaan. Designwinkel Vitra (Plaça Comercial 5) is populair onder interieurontwerpers. Bel gewoon aan als de deuren dicht zijn. Iets verderop vind je Ivo&Co (Carrer del Rec 20). Aan de ene kant van de straat een filiaal met babyspul en aan de andere kant accessoires voor in huis. Ook voor souvenirs zit je goed in El Born. De Cha Chá Original Shop (Carrer de Sant Antoni dels Sombrerers 7) verkoopt gebruiksvoorwerpen van Catalaanse ontwerpers. Ook kom je hier de ontwerpen van designer Alexis Bom tegen, die beroemd werd met zijn Tapas Casa Lolo-collectie. De placemats, keukenschorts en het servies bleken zo’n rage dat in de stad de eerste Casa Lolo tapasbar een feit is. En de ware souvenirjager mag Wawas (Carrer dels Carders 14) niet overslaan. Wawas begon met een serie ansichtskaarten met beeld van lokale fotografen die het alledaagse Barcelona als uitgangspunt namen. Daar kwam later de samenwerking met Sampaka Cacao bij, een geliefd chocolademerk in de stad, en de chocoladerepen met dezelfde afbeeldingen bleken een ware trend. Tegenwoordig kun je ook repen kopen inclusief ansichtkaart. Zo geniet jij van de chocolade en je dierbaren van jouw kaartje.

Dit artikel is eerder verschenen in ESPANJE! (España & más nummer 1, jaargang 2012) en de informatie kan achterhaald zijn. Auteur: Annebeth Vis.

Over de auteur: Annebeth Vis kwam in 2002 naar Barcelona voor haar studie en bleef er – heel cliché – hangen. De afgelopen jaren woonde ze in verschillende wijken en schreef ze talloze reportages, online artikelen en reisgidsen over ‘haar stad’. Ze heeft nog altijd geen genoeg van het modernisme, tapas, het strand en de fantastische bekende en minder bekende plekken in de Catalaanse hoofdstad.

Kunst & lunch in El Raval

Voor een cultureel intermezzo kun je naar het Museum voor Hedendaagse Kunst MACBA of het Centrum voor Hedendaagse Cultuur CCCB. Designliefhebbers gaan naar het Promotiecentrum voor Kunst en Design. In El Raval kun je goed lunchen bij de bistro En Ville (Carrer del Doctor Dou 14), die door de lokale krant La Vanguardia werd uitgeroepen tot een van de mooiste restaurants van de stad. Bar Resolis (Carrer de Riera Baixa 22), gevestigd tussen de vintagezaken, is een prima spot voor een kop koffie. Trek? De patatas bravas en de guacamole zijn beide om je vingers bij af te likken.

Eten & drinken in Gràcia

Een dagdeel shoppen in Gràcia laat zich prima combineren met een bezoek aan Park Güell, een van Gaudí’s hoogstandjes in Barcelona. Het sprookjesachtige stadspark ligt ten noordwesten van de bruisende barrio. Vroeg op pad? Haal dan je ontbijt bij SMS Delicias (Carrer d’Astúries 33). Heerlijke koffie en verschillende opties voor een desayuno, van Cosmopolita tot El Relajado. Een schaaltje sushi gaat er tussen het shoppen door wel in. Kibuka (Carrer de Verdí 64) is met stip de verrassendste sushizaak van Barcelona. En wat is er nou lekkerder dan aan het eind van de dag neer te ploffen met je aankopen voor een onvervalste mojito. Dan moet je bij Raïm (Carrer del Progrés 48) zijn. Deze bar werd eind negentiende eeuw geopend door een Catalaan die een fortuin verdiende op Cuba en daarna terugkeerde naar zijn geboortegrond.

Proosten & Picasso in El Born

Voor kunst en cultuur zit je ook goed in El Born. Het beste voorbeeld is het drukbezochte Picassomuseum (Carrer de Montcada 15-23) dat is gevestigd in een 14e-eeuws paleis. De Santa María del Mar (Plaça de Santa María), ook bekend als de Kathedraal van de Zee, is van binnen nog indrukwekkender dan van de buitenkant. Ook de modernistische concertzaal Palau de la Música (Carrer de Sant Francesc de Paula 2) is een bezoek waard. Kunstliefhebbers kunnen hun hart ophalen in Círculo del Arte (Carrer de la Princesa 52) en de Books & Design Gallery Mutt (Carrer del Comerç 15). Ga voor een uitgebreide lunch in stijl naar Big Fish (Carrer Comercial 9). Het lunchmenu
– inderdaad, veel vis – kost zo’n 14 euro. Na een middag shoppen is La Vinya del Senyor (Plaça de Santa María 5) de perfecte plek voor een glaasje. Hier kun je tientallen soorten wijn proeven met uitzicht op de imposante Santa María del Mar.

The post Shoppen: de beste boetieks van Barcelona appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>
24 uur in Gràcia https://www.espanje.nl/24-uur-gracia/ Thu, 11 May 2017 08:26:33 +0000 http://www.espanje.nl/?p=1200 De gemiddelde toerist komt in de Barcelonese wijk Gràcia niet verder dan Park Güell, terwijl deze authentieke 'barrio' toch echt een aanrader is.

The post 24 uur in Gràcia appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>

De gemiddelde toerist komt in de Barcelonese wijk Gràcia niet verder dan Park Güell. Gek eigenlijk, want deze authentieke barrio kan de locals juist bekoren. De twee grootste pluspunten? De op-en-top relaxte sfeer en het feit dat de wijk nog niet wordt overstroomd door hordes toeristen.

Dat Barcelona ondanks het massa­ toerisme (in 2012 ontving de stad bijna 7,5 miljoen bezoe­kers) ­ zijn eigenheid heeft weten te behouden, bewijst de volkswijk Gràcia. Ooit was Vila de Gràcia een dorp ten noord­westen van de stad. De chique Pas­seig de Gràcia, eens de weg die naar het dorp leidde, herinnert daar nog aan. In de Romeinse tijd liep hier al een pad richting de Via Augusta, de weg die destijds de Romeinse provincie His­pania doorkruiste. In de middeleeuwen werd dat pad, Camí de Jesús genaamd, gebruikt om van het historische Barce­ lona naar het dorp Gràcia te komen.

Dorps karakter

Toen in de negentiende eeuw de woon­ wijk Eixample werd aangelegd, ging Gràcia deel uitmaken van Barcelona, maar het dorpse karakter van de wijk is nog altijd sfeerbepalend. De smalle straten in de buurt zijn favoriet bij jonge ontwerpers en je vindt er verrassende winkels. Ook zijn er veel gezellige restaurants met een divers aanbod. De bruisende pleinen zijn met stip Gràcia’s beste troef. Of je nu kiest voor Plaça del Sol, Plaça de la Vila de Gràcia of Plaça de la Virreina, het is er eigenlijk altijd goed toeven. ’s Morgens lezen levensgenieters er de krant onder het genot van koffie met ontbijt. ’s Middags, vanaf een uur of vijf, als de kinderen uit school en volwassenen uit hun werk komen, stromen ze vol met locals die een praatje maken, hun inkopen doen of een terrasje pikken. In de avonduren kun je er terecht voor een cerveza met bijbehorende tapa of een uitgebreide maaltijd.

3x Gaudí

Park Güell
In 1900 kreeg Antoni Gaudí van zijn goede vriend en be­schermheer Eusebi Güell de opdracht een soort tuinstad te ontwerpen. Een echte tuinwijk is het park, dat tussen 1900 en 1914 werd aangelegd, nooit geworden: er werden slechts twee huizen gebouwd. In een daarvan nam Gaudí in 1906 zelf zijn intrek. Tegen­ woordig is hier het Gaudímuseum gevestigd. In 1984 werd Park Güell toe­ gevoegd aan de werelderfgoedlijst van de UNESCO, waar het een plek kreeg tussen de werken van Antoni Gaudí. Park Güell is de perfecte kennismaking met het oeuvre van de modernistische meester. De huisjes bij de ingang lijken zo uit een sprookjesboek geplukt en waren bedoeld als portierswoning en kantoorhuis voor de administratie van de nooit van de grond gekomen wijk. De straten en de promenadeweg zijn geïnspireerd op natuurlijke vormen en materialen. Het grote plein in het midden van het park was bedoeld als ontmoetingsplek voor buurtbewoners en als openluchttheater. Het biedt een fantastisch uitzicht over de stad. De plek is favoriet onder fotografen vanwege de golvende balustradebank en komt voor op menig vakantiekiekje. De zitbank is volledig bedekt met kleurrijke mozaïe­ ken, in de typisch Catalaanse trencadís­ stijl. Het plein wordt gedragen door een Dorische zuilenhal. De mozaïekmedail­lons in het plafond waren het werk van Gaudís rechterhand Josep Maria Jujol. De zuilen hebben ook een praktische functie: de architect had bedacht dat ze als waterleidingen het regenwater zouden kunnen afvoeren richting het ondergrondse waterreservoir. De beroemde draak of salamander van Gaudí, die staat te pronken bij de in­ gang, moest de ondergrondse wateren bewaken. Natuur en architectuur gaan in Park Güell hand in hand en lijken met elkaar versmolten. Precies zoals in de geest van Barcelona’s belangrijkste modernist zelf.

Casa Vicens
Antoni Gaudí had in 1878 nauwelijks zijn diploma op zak of hij werd door tegelfabrikant Manuel Vicens i Montaner gevraagd om een zomerhuis neer te zetten in Vila de Gràcia, dat toen even buiten Barcelona lag. Een kenner van andere gaudiaanse hoogstandjes in Barcelona zal het direct opvallen: de voor Gaudí zo ken­ merkende ronde vormen en golvende muren zijn in Casa Vicens nog geheel afwezig. Wel is direct duidelijk dat de architect vanaf zijn beginperiode op zoek is geweest naar een eigen bouw­ stijl en identiteit. In de smalle straat met doodgewone woningen trekt dit protse­ rige bouwwerk meteen de aandacht van voorbijgangers, niet alleen door de bijzondere vorm, maar ook door de uitbundige decoratie en het opvallende smeedijzeren hekwerk in jugendstilstijl. De architectuur van Casa Vicens is een mengeling van stijlen, waarvan de traditionele Spaanse en de Arabische invloeden het meest in het oog sprin­ gen. De typische Spaanse onderkant is gemaakt van goedkoop natuursteen, dat door veel modernisten als basis voor hun ontwerpen werd gebruikt. Hoe hoger het gebouw werd, hoe Arabischer het uiterlijk, zoals te zien is aan de talrijke keramiektegels, die zijn aangebracht in schaakpatroon, en de torentjes op het dak, die de sfeer oproepen van de sprookjes van Duizend­en­een­nacht. Als afwisseling op het traditionele schaakbordpa­ troon gebruikte Gaudí bontgekleurde tegeltjes beschilderd met bloemen die waren geïnspireerd op de oranjekleu­ rige afrikaantjes die op het bouwterrein groeiden. Sinds 2005 staat Casa Vicens op de werelderfgoedlijst van de UNESCO, maar het is helaas niet toegankelijk voor het publiek. Alleen op 22 mei krijgen nieuwsgierigen een
kans. Dan wordt de woning openge­steld voor bezoekers van de kapel ter ere van Santa Rita, die zich in de tuin van het paleisje bevindt. Haar naam­ dag valt op die datum.

Gaudí Experience Op loopafstand van zijn beroemde Parc Guëll kun­ nen liefhebbers van Gaudí op een wel heel bijzondere manier kennismaken met het erf­ en gedachtegoed van Barcelona’s beroemdste architect. Gaudí Experience is, zoals de naam al suggereert, een heuse ervaring. In een ruim tien minuten durende 4D­ lm vlieg je door het Barcelona uit zijn tijd en bezoek je zijn bekendste werken. Luister, kijk, voel, beweeg en laat je meeslepen.

 

Klik hier verder voor meer berichten over Barcelona zoals Barcelona met kinderen, een fietstocht over El Diagonal, de mooiste trips in de omgeving van Barcelona, de stadsfeesten en de beste musea

 

2x relajar

Plaça del Sol is een klassieker in de wijk. Het negentiende­eeuwse plein draagt al dezelfde naam sinds 1849, toen Gràcia nog geen deel was van de Catalaanse hoofdstad. Rond het plein zitten een stuk of tien cafés, waarvan tapasbar Sol Soler met marmeren tafel­ tjes, houten stoelen en een authentiek modernistische vloer op nummer 21 een aanrader is. Het pand op nummer 13 lijkt zo uit de Efteling geplukt.

Plaça de la Vila de Gràcia is het administratieve centrum van het district Gràcia. De bijnaam Plaça del Relotge (‘Plein van de klok’) heeft dit plein te danken aan de imposante klokkentoren in het midden. De toren werd gebouwd tussen 1862 en 1864 door Antoni Rovira i Trias. Er wordt gezegd dat tijdens de rebellie van 1870, toen de arbeiders­ klassen in opstand kwamen tegen de gevestigde orde in de stad, de klok vijf dagen lang onafgebroken heeft geluid, omdat een buurtbewoonster het koord vanaf haar terras bediende. De troepen van generaal Gaminde bombardeer­ den de wijk in de hoop een einde te maken aan de luidende klok. Op het plein is ook het charmante Casa de la Vila te vinden, het stadsdeelkantoor.

3x tapear

Lata-Bern@ is een uitstekende locatie voor tapas. Op de kaart die uitvergroot aan de muren hangt, staan tientallen traditionele én creatieve tapas, die bovendien op originele wijze worden geserveerd. En het leukste is misschien nog wel dat deze zaak door toeristen eigenlijk nog niet is ontdekt.

Pepa Tomate is een origineel restau­rant met lokale hapjes en drankjes is Pepa Tomate, wat zoveel betekent als ‘Jo Tomaat’. Op de kaart staan gerechten als ensaladilla rusa, ansjovis, patatas, ka­zen en worsten. Je drinkt er Moritz­bier bij, Catalaanse wijn of een vermout. Een prima spot voor de lichte trek.

La Pepita is een zogenoemde gas­trobar, waar je goed zit voor moderne tapas met een twist van de chef. De rest van de spijskaart wordt gedomineerd door pepitas, de moderne versies van het pepito de ternera, een broodje kalfsvlees.

5x comprar

Carrer de Verdi is met stip een van de gezelligste straten in Gràcia is de Car­rer de Verdi, waar je naast een groot aantal eettentjes ook diverse leuke winkels vindt, zoals El Piano, met een liaal voor de vrouwen en een liaal voor de mannen, en kledingwinkel The VOS Shop.

Be House is een woonwinkel waar je zeker zult slagen als je op zoek bent naar een leuk cadeau voor vrienden of familie. Van casual kleding tot grappige gadgets, kookspullen, kof­ etafelboeken en vele andere originele artikelen..

Oli Sal hier vind je olijfolie in alle soorten en maten. Van de intense Andalusische smaken tot de zachtere, Catalaanse oliën.

Nobodinoz deze kinderwinkel is het perfecte adres voor kleine liefhebbers van design. Je komt er strakke, doch speelse meubels tegen, gadgets en hippe kleding.

Pinc is een uitstekend voorbeeld van het hoge creativiteitsgehalte in de wijk Gràcia. Niet alleen zijn de kleding van ontwerpster Ana Tichy en de lingerie­ collectie van Ricarda Papst bijzonder, ook is de zaak op kunstzinnige wijze ingericht.

2x comer

Con Gràcia voor foodlovers die op zoek zijn naar een culinaire ervaring, is Con Gràcia het goede adres. In dit piepkleine restaurant kies je uit het traditionele menu of
het speciale verrassingsmenu. Beide bestaan uit zeven gangen en zijn gebaseerd op de mediterrane keuken met Aziatische invloeden. Kenners verwachten dat Con Gràcia in de nabije toekomst de eerste Michelinster in de wacht zal slepen. Reserveren is een must.

L’Eggs in dit restaurant, waar de Catalaanse topchef Paco Pérez de kaart bepaalt, draait alles om eieren. Van gekookt en gebakken tot aan super­de­ luxe of modern. Een bijzonder adresje met op de kaart zowel mediterrane als meer exotische invloeden.

2x por la noche

Cines Verdi naar de film in Barcelona? Dan zit je goed bij Cines Verdi. Op het programma staan lmhuis lms die in de originele taal met Spaanse onderti­ teling worden vertoond.

Bobby Gin Gin is in Barcelona een buiten­ gewoon populair drankje en een van de leukste plekken om gin­tonics te bestellen is de trendy bar Bobby Gin. Op de kaart staat een lange lijst met verschillende gins en ook de tonic kun je zelf kiezen.

Dit artikel is eerder verschenen in ESPANJE! (España & más nummer 1, jaargang 2014). Auteur: Annebeth Vis.

Over de auteur:
Annebeth Vis kwam in 2002 naar Barcelona voor haar studie en bleef er – heel cliché – hangen. De afgelopen jaren woonde ze in verschillende wijken en schreef ze talloze reportages, online artikelen en reisgidsen over ‘haar stad’. Ze heeft nog altijd geen genoeg van het modernisme, tapas, het strand en de fantastische bekende en minder bekende plekken in de Catalaanse hoofdstad.

Dagmar Lap, model, fotografe en bekend van het tv-programma Live4You met Carlo en Irene, is helemaal
weg van haar wijk Gràcia. Dit zijn haar favoriete plekjes.
1. Gut
Eén van de meest sfeervolle en intieme restaurants in de wijk Gràcia is ongetwijfeld Gut. Licht en fris qua uitstraling; en even iets anders dan een standaard tapastent. De bediening is erg vriendelijk en het eten is gewoon top. Mijn aanrader? De Thaise mosselen!
2. Nostàlgic
Als je van fotograferen houdt, is dit je winkel. Geen professionele, serieuze apparatuur, maar veel polaroid-camera’s, accessoires, gadgets en andere leuke hebbedingetjes.
3. Plaça de la Virreina
Voor mij is Plaça de la Virreina het leukste en mooiste pleintje van gràcia. Bestel een café con lesje op een terras, kijk naar de mensen en genieten maar! Je zit hier echt tussen locals.

The post 24 uur in Gràcia appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>
Op en top Sevilla: Triana https://www.espanje.nl/tritritri-triana/ Wed, 10 May 2017 09:54:31 +0000 http://www.espanje.nl/?p=845 In Sevilla vind je alles waar Spanje om bekendstaat. Flamencozangeres Rosario neemt je mee door haar 'barrio Triana.

The post Op en top Sevilla: Triana appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>

Alles waar Spanje om bekendstaat, vind je in Sevilla, om precies te zijn in de zigeunerwijk Triana. Flamencozangeres Rosario La Tremendita leidt ons door haar geboortewijk, de broedplaats van de flamenco, en we gaan op bedevaart naar El Rocío.

De brede rivier de Guadalquivir snijdt Sevilla dwars doormidden. Aan de ene kant ligt het centrum. Het dwarrelt er van de toeristen. Ze vergapen zich aan de moors-christelijke mudéjarbouwstijl van het Alcázar kasteel waar, zo fluistert de gids ons in het oor, koning Juan Carlos destijds met zijn minnares gerieflijke momenten doorbracht. Toeristen bewonderen de naastgelegen kathedraal en het monumentale Plaza de España. Ze dolen door kriskrasstraatjes van Santa Cruz, met authentieke tapasbars en terrassen op straat in de koelte van de overhangende huizen. Vlak voor de brug over de Guadalquivir, de Puente Isabel II, droogt de toeristenstroom op.

Check ook: onze Top 10 beste hotels in Sevilla

Triana, zigeunerwijk

Aan de overkant van de rivier ligt de meest bezongen wijk in de flamencogeschiedenis: Triana. De verkeerde kant, heet het in Sevilla ook wel. Hier, in de smalle straten achter de kade, vestigde zich in de loop der eeuwen een grote zigeunergemeenschap. De wijk bleef lange tijd een afgezonderd deel van Sevilla. Zigeuners (gitanos) en aan lager wal geraakte niet-zigeuners (payos) deelden elkaars armoedige lot. Voor buitenstaanders mocht Triana een no-go-area zijn; de inwoners zelf waren maar wat trots op hun wijk en staken alleen in noodgevallen de rivier over. Ze waren er zo arm als de kerkratten, maar nergens kon je beter feesten dan in Triana.

In de 18e en 19e eeuw werkten veel inwoners in de wijk als ijzersmid. In de smidse klonken boven het ritmische getik van de hamers de prachtigste liederen. De gitanos gaven hun muziek een vleugje mystiek uit een andere, verre wereld mee en brachten vele legendes voort. Zo bracht señor Manuel Cagancho z’n gehoor in trance met zijn emotionele manier van zingen. Hij noch de vele andere grote namen uit Triana hebben met hun muziek ooit geld verdiend. Zelfs niet in de hoogtijdagen in het midden van vorige eeuw. Hun muziek klonk alleen in de beslotenheid van hun eigen huizen in Triana. Ze wensten geen andere beloning dan de aanmoedigingskreten (jaleos) van de toehoorders.

Flamenco in rokerige kroegen

Rond 1850 was flamenco voor het eerst buiten de eigen kring en wijk te horen in de cafés cantantes. Dat waren niet wat je noemt heilige tempels van flamencokunst. In de rokerige kroegen dronken artiesten na de voorstelling een glaasje met de bezoekers en bedelden in het voorbijgaan om sigaretten, drankjes en geld. In Sevilla en Triana bestaan nog steeds een paar van zulke bars, waar artiesten in- en uitlopen en spontaan hun gitaar oppakken, zoals Carbonería in het centrum van Sevilla. Of Lo Nuestro in Triana, waar je tot in de kleine uurtjes kunt swingen op live flamencomuziek, die de bezoekers aanzet tot de meest krankzinnige sevillanas. Na 1950 komen in plaats van de cafés cantantes van weleer tablaos, gelegenheden waar bezoekers al tafelend en drinkend een show kunnen zien. De grote namen, onder wie zanger Camarón, leerden er het vak. Tablaos zijn er nog altijd veel in Sevilla, maar de top zie je er niet meer. Die treedt op in concertzalen en op festivals over de hele wereld.

Rosario

Zo ook zangeres (cantaora) Rosario La Tremendita. We ontmoeten haar op het hoofdplein Plaza del Altozano. Bij haar gigantische stemgeluid verwacht je niet deze meisjesachtige verschijning. We lopen elkaar dan ook bijna voorbij. Rosario werd 27 jaar geleden geboren in deze wijk en woont er nog altijd. Maar er is weinig wat nog herinnert aan het roemruchte verleden van de wijk. We zien vooral brede winkelstraten met huizen met moderne gevels opgetrokken uit fonkelnieuwe bakstenen. Rosario knikt. “Het is een dure, trendy buurt geworden. Toen de projectontwikkelaars eind vorige eeuw bezit namen van de wijk, vertrokken de meeste zigeuners noodgedwongen naar de buitenwijken. Hele huizenblokken werden gesloopt. Advocaten, artsen en ICT’ers betrokken de nieuwe huizen of knapten oude woningen op. De buurt ademt hier niet meer flamenco zoals in mijn jeugd,” zegt ze met spijt in haar stem. Op het plein lopen we haar tante tegen het lijf, die ons vergezelt naar hun geboortehuis in een van de kronkelstraatjes in hartje Triana waar oma nog steeds woont. “Daar, achter dat raam, ben ik geboren,” vertelt ze.

Rokkenjagen

Rosario groeide op in een echte flamencofamilie. “Bij ons stonden op de bank steevast twee gitaren.” Haar overgrootmoeder had 21 kinderen die allemaal in Triana woonden. Ze wijst naar boven. Daar, op het dakterras, verzamelde zich de familie, inclusief de buren, de overburen en iedereen die maar wilde spelen en zingen of klappen. In haar jeugd was flamenco nog niet de podiumkunst die het nu is, maar een manier van leven. Drinken, roken en rokkenjagen tot je erbij neerviel. ‘Ik ben flamenco’, heette het. Zo was het ook voor Rosario’s vader, die nog steeds de flamenco lifestyle aanhangt. Elke avond treedt hij op in een tablao in het centrum. Toch was het haar vader die Rosario aanspoorde om haar kunst serieus te nemen en dagelijks te studeren, mee te doen aan concoursen en alle opnames van de klassieke grootheden te bestuderen. Hij bracht haar ook de discipline bij die hij zelf nooit had kunnen opbrengen. “Zo leef ik mijn vaders droom.”

Weergaloos feesten

Rosario neemt ons mee naar haar oom in Triana. Zijn winkel, met een keur aan old school flamenco- en relisouvenirs, is op zich al een bezoekje waard. Oom zelf is nog niet helemaal in het land der levenden na een lange nacht vol drank en feesten. Hij was net als wij en vele inwoners van Triana op de laatste doorwaakte nacht van de jaarlijkse pelgrimage in het nabijgelegen El Rocío. Het gehucht stelt niet veel meer voor dan een kerk, waarin de maagd van Rocío huist, en een honderdtal huizen waar de pelgrims slapen, feestvieren en bidden in elk hun eigen kapel. In het pinksterweekend ttransformeert dit dorp tot de grootste bedevaartplek van Zuid-Spanje. De verschijning van de maagd van Rocío wordt er op z’n Andalusisch gevierd met wijn, flamenco en weergaloos feesten.
Vijf dagen eerder vormt de wijk Triana het vertrekpunt voor een van de drie hoofdroutes naar El Rocío. De mannen, vrouwen en kinderen van de broederschap van Triana maken zich op voor een dagenlange tocht in traditionele huifkarren voortgetrokken door ossen. Sinds eeuwen loopt de lange stoet van karren, paarden en wandelaars dezelfde route op onverharde, stoffige paden. Onderweg drinken de pelgrims wijn, veel wijn, en zingen ze hun speciale pelgrimsliederen. Bij de rustplaatsen onder de sterrenhemel dansen en zingen de pelgrims sevillanas, begeleid door gitaar, fluit en handgeklap.

Kijkje in de Spaanse ziel

Sevilla mag bekend zijn om de Semana Santa, El Rocío biedt waarschijnlijk het beste kijkje in de Spaanse ziel. De pelgrimage is voor een nuchtere Nederlander een onnavolgbare combinatie van mystieke godsdienstbeleving en ongecompliceerd feestvermaak. In het pinksterweekend drommen honderdduizenden bezoekers samen. Bijna alle vrouwen dragen flamencojurken, modern tot op de knie, romantisch wit kant of klassiek gestipt. De een nog prachtiger dan de ander, geen twee zijn er hetzelfde, en altijd de roos ferm op het hoofd. De mannen gaan gekleed in een traditioneel Andalusisch pak, met brede westernhoed en gesteven rodeojas.
In de huizen van de broederschappen eten en drinken de leden samen met bezoekers, die gastvrij worden onthaald. Binnen en buiten worden sevillanas gedanst en op de stoffige straten wemelt het van de koetsen en ruiters (de vrouw schrijlings bij de man achterop). Ondertussen lopen de pelgrims in en uit de kerk, waar de een na de ander op de knieën zakt voor het heilige relikwie, dat omgeven door klatergoud staat uitgestald voor het altaar. In het holst van de nacht rooft een van de broederschappen volgens oud gebruik het Mariabeeld uit de kerk, waarna de wilde menigte in extase probeert Maria aan te raken.

Na een tocht langs alle broederschappen keert de maagd bij het ochtendkrieken terug naar de kerk. Na de wandeling door Triana brengt Rosario ons weer terug naar het plein Plaza del Altozano. Daar aan de kades van de rivier, aan de Calle Betis, speelt zich in de zomer het uitgaansleven van Sevilla af, in en op de straten rond de flamenco- en tapasbars. Daar laten de jongeren zien dat je ook nu nog nergens anders beter kunt feesten dan in Triana.

Dit artikel is eerder verschenen in ESPANJE! (España & más nummer 3, jaargang 2012) en de informatie kan achterhaald zijn. Auteur: Annet Maseland.

Oefen je Spaans met deze samenvatting over de Sevillaanse wijk Triana.

Keramiek

Azulejos, geglazuurde tegels beschilderd met kleurrijke taferelen, hebben hun oorsprong in het Andalusië van de Moren. Het centrum van de tegel- en keramiekindustrie ligt in Triana. Het barst er nog steeds van de winkels, fabrieken en kunstenaars, vooral in de straten Callao, Antillano Campos en Alfarería. Op www.retabloceramico.net staat een lijst met keramiekfabrieken en kunstenaars.

Huizen

De meeste traditionele communale huizen die de grote zigeunerfamilies samen bewoonden, zijn eind 20e eeuw verdwenen. Een paar zijn er als monument bewaard gebleven in de straten Alfarería, Castilla en Pagés del Corro.

Kopen

Als je Triana binnenkomt op het Plaza del Altozano vind je rechts de overdekte markt, een perfecte plaats om hammen en andere lekkernijen in te slaan. Breng ook zeker een bezoekje aan de winkel van Rosario’s oom, met reli- en flamencosouvenirs. Hermanos Cofrades, Calle Alfarería 27.

Flamenco-optredens

Tablaos
El Arenal, Calle Rodo 7
El Patio Sevillano, Paseo Colón 11
El Palacio Andaluz, Calle Maria Auxiliadora 18 Los Gallos, Plaza de Santa Cruz 11

Bars
Lo Nuestro, Calle Betis 31
La Taberna, Calle Duarte 3
Casa Anselma, Calle Pagés del Corro 49 La Carbonería, Calle Levies 18

Shows
Casa de la Memoria, Calle Ximénez de Enciso 28 Auditorio Alvarez Quintero, Calle Álvarez Quintero 48

Eten & drinken

Bar Las Golondrinas, eten en drinken met de Spanjaarden, Calle Antillano Campos 26
Bar Blanca Paloma, aanrader voor de lunch, goede tapas en onovertro en bocadillos, Calle San Jacinto 9
Arenero, experimentele hedendaagse tapas, Pasaje de Vila 6
El Patio San Eloy, authentieke sfeer, goede tapas voor weinig geld in voormalig badhuis, Calle Eloy 7.

Aanrader: de Super Sevilla Combi (inclusief Alcázar en kathedraal)

Ben je van plan het Alcázar én de Kathedraal van Sevilla te bezoeken en stap je ook nog graag een dag in de hop-on hop-off bus? Dan raden wij je aan de Super Sevilla Combi aan te schaffen, waarmee de skip the line tickets voor de twee belangrijkste highlights van de stad krijgt en met de toeristenbus de stad kunt ontdekken. Bespaar geld en ontdek tegelijk het beste van Sevilla! Bestel nu.

Hoe werkt het?

Je boekt de Super Sevilla Combi via de website van onze partner Ticketbar. Selecteer op het moment van reserveren de datum van aankomst in Sevilla. Ook geef je aan op welke data je het Alcazar en de Kathedraal zou willen bezoeken. Je ontvangt vervolgens de tickets voor deze monumenten in je e-mail inbox. Laat Ticketbar ook weten op welke dag je de bus zou willen nemen.

Wat kost de Super Sevilla Combi?

De Super Sevilla Combi kost €51,50. Na betaling krijg je de tickets via de e-mail opgestuurd.

The post Op en top Sevilla: Triana appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>
Madrid https://www.espanje.nl/madrid/ Wed, 03 May 2017 21:13:31 +0000 http://www.espanje.nl/?p=685 Bij Madrid denkt iedereen natuurlijk direct aan de hoofdstad van Spanje, maar Madrid is ook de regio waar deze stad ligt. En die regio biedt meer dan een metropool.

The post Madrid appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>

Bij Madrid denkt iedereen natuurlijk direct aan de hoofdstad van Spanje, maar Madrid is ook de regio waar deze stad ligt. En die regio biedt meer dan een metropool.  Madrid is het politieke en culturele hart van Spanje, letterlijk. De metropool ligt in het midden van het Iberisch Schiereiland op de Spaanse hoogvlakte: zo’n 667 meter boven zeeniveau. Door de centrale ligging, geschiedenis en politieke en financiële functies wordt Madrid als de belangrijkste stad gezien. Het is de hoofdstad van Spanje en van de gelijknamige autonome regio en provincie. De meeste autonome gemeenschappen zijn onderverdeeld in een aantal provincies, maar dat geldt niet voor Madrid. Die streek telt er slechts één. De regio grenst in het westen aan Castilië en León en wordt verder door Castilië – La Mancha omringt. Er zijn twee bekende bergen in het gebied te vinden, daar is de Bola del Mundo (2265 meter) er één van. De andere ‘berg’ is de enorme rotspartij El Yelmo met een hoogte van 1717 meter. In de Sierra de Guadarrama vind je de gezellige skioorden Valdesqui en Navacerrada.

Lees ook: Het Madrid van flamencodanser Alfonso Losa

Wat heeft Madrid te bieden?

De hoofdstad Madrid ademt cultuur en reuring, en heeft vele gezichten. Het is er rustig en gezellig druk, modern en traditioneel, statig en volks. Je verveelt je geen moment in deze veelzijdige wereldstad. Maar de streek kent ook bijzonder charmante (berg)dorpjes als Chinchón of San Lorenzo de El Escorial. Laat Madrid dus ook vooral eens achter je en je zult zien dat de regio nog veel meer te bieden heeft. De stad Madrid is een prima uitvalsbasis om de streek beter te leren kennen.

Madrid (stad)

Liefhebbers van kunst en cultuur kunnen hun hart ophalen aan de zogenoemde kunstdriehoek. Niet ver van elkaar vandaan liggen drie internationaal befaamde musea: het PradoReina Sofía en het Thyssen-Bornemisza. Het Museo Nacional del Prado is één van de grootste en beroemdste kunstmusea ter wereld. De collectie bevat veel schilderijen van oude, Spaanse meesters als Diego Velázquez, Francisco Goya en Francisco de Zurbarán. In het Museo Nacional Centro de Arte Reina Sofía vind je moderne en hedendaagse kunst, zoals de Guernica van Pablo Picasso waarmee hij de gruwel van de Spaanse burgeroorlog verbeeldde. De privécollectie van baron Thyssen toont een heel scala aan westerse schilderijen: van vroege Italiaanse kunst tot aan experimentele avant-garde en popart. Maar ook de stad Madrid zelf ademt kunst en cultuur. Zo is het statige koninklijk paleis in de hoofdstad, het werkpaleis van koning Felipe VI, het bezoeken waard. Met een oppervlakte van 135.000 vierkante kilometer en 3418 kamers is het het grootste koninklijke paleis ter wereld. Parque del Buen Retiro is een fijne plek om je even terug te trekken. Maak bijvoorbeeld een romantisch boottochtje over de vijver van het park of bezoek het kristallen paleis (Palacio de Cristal).

Lees ook: Twan tipt: het leukste obscure museum van Madrid

De stad uit

Circa 40 kilometer ten noorden van Madrid bevindt zich de beladen Valle de los Caídos (Vallei der Gevallenen). De militaire dictator Francisco Franco en José Antonio Primo de Rivera, oprichter van de Spaanse fascistische partij, liggen onder anderen in de rotsen begraven. Een ander immens bouwwerk dat een belangrijke rol heeft gespeeld in de geschiedenis, doemt op in het dorp San Lorenzo de El Escorial. Daar bevindt zich El Escorial: een abdijcomplex van koning Felipe II (Filips II). Het enorme kasteel huisvest bovendien een koninklijk mausoleum en enorme bibliotheek, en staat op de werelderfgoedlijst van Unesco. In de regio Madrid vind je daarnaast een hoop lieflijke dorpjes. Een voorbeeld daarvan is Chinchón, naar de lokale anijslikeur, waar de huizen met hun balkonnetjes aan het middeleeuwse, centrale plein opeen gepakt staan. In de zeventiende eeuw raakte de Plaza Mayor volledig ingesloten door het dorp. Alcalá de Henares, geboorteplaats van Miguel de Cervantes, verwelkomde als eerste universiteitsstad ter wereld veel beroemde schrijvers en dichters. Francisco de Quevedo, Lope de Vega, Calderón de la Barca, Antonio de Nebrija en San Juan de la Cruz streken er onder anderen neer. Alcalá de Henares staat ook bekend om de vele ooievaars die het hele jaar door naar de stad komen. Bij Aranjuez komen de rivieren de Taag en de Jarama bijeen. Deze groene plaats met bossen, parken en tuinen waarin een groot aantal fonteinen en standbeelden staat, doet heel idyllisch aan.

Lees ook: 10 x zien en doen in Madrid

Meer lezen?

De volgende artikelen verschenen eerder in het magazine ESPANJE! en kun je nu op de website lezen:

Mi Madrid: museos, mercados & matadero

Hoe kom je in Madrid?

Vliegen

Madrid telt drie luchthavens:

  • Madrid, Aeropuerto Adolfo Suárez Madrid-Barajas
  • Madrid, Aeropuerto de Madrid-Cuatro Vientos
  • Madrid, Aeropuerto de Madrid/Torrejón

Vliegtickets Amsterdam – Madrid

Transport ter plekke

Madrid heeft daarnaast een uitgebreid metronetwerk en meerdere sneltramlijnen. In de nabije omgeving rijden de Cercanías, de korteafstandstreinen. Vanaf station Atocha kun je eenvoudig opstappen. Madrid is ook het knooppunt voor de AVE, de hogesnelheidslijnen naar Barcelona en Málaga.

Mediterraan landklimaat

De streek heeft een mediterraan klimaat met warme zomers en betrekkelijk koude winters. Doordat Madrid op ongeveer 667 meter boven zeeniveau ligt, wijkt het klimaat sterk af van de kustregio’s. De winters zijn voor Spaanse begrippen erg koud met minimumtemperaturen beneden het vriespunt en soms sneeuw. De zomers zijn extreem heet: in de maanden juli en augustus komt de temperatuur bijna niet onder de 30 graden uit. Deze loopt zelfs regelmatig op tot zo’n 40 graden Celsius. ’s Nachts daalt de temperatuur wel flink en is het aangenaam koel.

De geschiedenis van Madrid

Madrid is niet altijd het politieke hart van Spanje geweest. Toledo vervulde als hoofdstad van onder anderen de Visigoten en als zelfstandig rijk binnen het Moorse koninkrijk bijvoorbeeld een veel belangrijkere rol. In Madrid zijn geen sporen van de Romeinen of Visigoten gevonden. Zij vonden de streek vermoedelijk niet aantrekkelijk genoeg: ze konden geen haven aanleggen en de regio lag niet op de handelsroute.

De eerste historische feiten dateren pas uit de negende eeuw, wat vrij laat is in vergelijking met de rest van Spanje. In die tijd waren de Moren aan de macht. De toenmalige emir van Al-Andalus (zoals het Iberisch Schiereiland onder de Moren heette), Mohammed I van Córdoba, liet een paleis bouwen op de plek waar nu het koninklijk paleis van Madrid staat. Het enorme bouwwerk verrees aan de rivier Manzanares, die de Moren al-Majrit (Margerit) noemden. De naam Madrid stamt af van deze plek en van die Arabische term.

Tot ver in de vijftiende eeuw bleven er Moren en Sefardische Joden in de streek wonen, ondanks de herovering van het gebied door de christenen. Deze nieuwe overheersers zorgden ervoor dat Madrid in 1123 officiële stadsrechten kreeg. Koning Felipe II verplaatste het Spaanse gerechtshof daarop in 1561 naar de stad, die daardoor officieus veranderde in de hoofdstad van het land. Madrid kreeg onder leiding van koning Carlos III een grondige opknapbeurt. Er werden onder meer nieuwe paleizen, bruggen, ziekenhuizen en parken gebouwd. Madrid kreeg steeds meer de allure van een wereldstad en werd officieel het centrum van Spanje.

Tijdens de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) kreeg de hoofdstad echter een behoorlijke dreun te verwerken. Drie jaar lang was de stad bezet, tot het einde van de oorlog in 1939. Madrid ging de boeken in als de eerste stad in de geschiedenis die werd gebombardeerd door vliegtuigen, met het doel burgers te raken.

Cultuur in Madrid

De regio Madrid heeft veel beroemde intellectuelen voortgebracht. Zij studeerden veelal aan de Residencia de Estudiantes in de Spaanse hoofdstad. Dit instituut waar onder anderen Federico García Lorca, Luis Buñuel en Salvador Dalí studeerden, werd in 1910 door de regering opgericht en volgde de idealen van het vrije onderwijs. Nog altijd is de residencia een ontmoetingsplek voor intellectuelen en worden er regelmatig lezingen, concerten en exposities gehouden. De crème de la crème van de Spaanse flamencowereld ontmoet elkaar vooral in restaurant Casa Patas. Niet alleen in Andalusië bruist het van de flamenco, ook Madrid heeft vele podia. De muziek van de Spaanse zigeuners is wild en treurig, zwaarmoedig en vol passie.

Madrid heeft zijn eigen visie op de Spaanse keuken, die behoorlijk verschilt met die van Barcelona of Valencia. Daar eet men veel vis, schaaldieren en paella. De traditionele Madrileense keuken bestaat zowel uit vlees als vis, peulvruchten, eieren, verschillende soorten worst en stoofpotjes. Op veel plekken in de stad worden de tapas daarnaast nog op traditionele wijze gegeten, namelijk gratis bij een drankje.

Meer lezen?

Alle regio's van Spanje

Hier vind je informatie over de verschillende Spaanse regio's, allemaal op één overzichtelijke pagina. Van Asturië tot aan Valencia en van Melilla tot aan Aragón: ESPANJE! geeft je alle kennis over de prachtige autonome gemeenschappen in Spanje.

 

 

The post Madrid appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>
Murcia https://www.espanje.nl/murcia/ Mon, 01 May 2017 21:12:43 +0000 http://www.espanje.nl/?p=681 Eeuwenoude steden, de bergen, en de fijne, uitgestrekte stranden maken van de regio Murcia een fantastische bestemming, die bovendien nog deels ongerept is.

The post Murcia appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>

Murcia is relatief onbekend bij de meeste vakantiegangers, maar daarom juist favoriet bij anderen. Eeuwenoude steden, de bergen, en de fijne stranden maken van deze regio een fantastische bestemming.

De veelzijdige regio Murcia, met bergen, ongerepte stranden en eeuwenoude steden, vind je in het zuidoosten van Spanje. Murcia grenst aan de Middellandse Zee en de regio’s Andalusië, Castilië – La Mancha en Valencia. Hoewel de meeste regio’s uit meerdere provincies bestaan, heeft Murcia er slechts één. Wel is de streek onderverdeeld in twaalf comarca’s (landstreken, gewesten).

De gelijknamige hoofdstad is qua inwoneraantal de zevende grootste stad van Spanje. Murcia wordt ook wel de moestuin van Europa genoemd, aangezien de meeste groenten en fruit uit deze regio komen. Zo worden er bijvoorbeeld broccoli, limoenen, sinaasappels en meloenen verbouwd. Murcia is een belangrijke leverancier in heel Europa. De streek staat ook bekend om zijn export van bloemen, olijfolie en wijn. Naast het Castiliaans, dat de hoofdtaal is, wordt in het gebied murciano gesproken, een dialect van de officiële taal. Daarnaast spreken de inwoners van El Carche, dat aan Valencia grenst, Valenciaans. Dit is een variëteit van het Catalaans.

Lees ook: 10 plekken in Spanje om te ontsnappen aan de kou

Wat heeft Murcia te bieden?

Ondanks dat Murcia prachtige, uitgestrekte stranden, lieflijke baaitjes en romantische vissersdorpen heeft, is de autonome regio relatief onbekend als vakantieoord. Daardoor is er geen massatoerisme en is het in de streek heerlijk, rustig toeven. Toch weten liefhebbers van zonvakanties Murcia meer en meer te vinden.

Met 250 kilometer strand aan de Costa Cálida (warme kust) is er altijd wel een plekje om je handdoek neer te leggen. Bijvoorbeeld op het witte zand van San Pedro del Pinatar. Een bijzondere en druk bezochte plek in de streek is de binnenzee Mar Menor. Het is het grootste zoutwatermeer van Europa. Het gebied rond Mar Menor staat bekend om zijn vele gezondheids- en schoonheidsbehandelingen. Ook worden de stranden als kuuroorden gezien vanwege het hoge zoutgehalte en de mineraalrijke modder in de binnenzee.

Lees ook: De 10 leukste Spaanse steden met strand

De wat meer actieve vakantieganger komt er eveneens tot zijn recht. Bij La Manga, een 22 kilometer lange landstrook die Mar Menor van de Middellandse Zee scheidt, kun je allerlei watersporten beoefenen. Doordat de dunbevolkte regio lange tijd weinig toerisme kende, kon de natuur haar gang gaan, zowel onder als boven water. Zo is er de wereldberoemde diepzeehaven in Cartagena, vind je in Mazarrón een indrukwekkend landschap dat getekend is door erosie en kom je in de uitgestrekte streek de huerta tegen, de boomgaarden waar Murcia om bekendstaat.

Murcia

Maar ook aan cultuur geen gebrek. In de hoofdstad staat een imposante, hoge klokkentoren en de kathedraal is eveneens een bezoek waard. In Murcia was de Joodse gemeenschap eeuwenlang heel belangrijk. Daarom vind je er veel monumenten en typerende parken en tuinen uit die tijd. Bovendien is de stad een echte universiteitsstad met meer dan 30.000 studenten per jaar.

Overige steden in de regio Murcia

In Cartagena vind je juist veel Romeinse overblijfselen, zoals het pas gerestaureerde amfitheater. Lorca is de stad van de barok, waar tevens andere stijlen te vinden zijn. In deze middeleeuwse plaats aan de voet van een heuvel staan prachtig versierde paleizen, zoals het paleis van Guevara en dat van de graaf van San Julián. Lorca kreeg de Europa Nostra Award voor de goede conservering van het erfgoed in de stad. Na de aardbeving in 2011 werden zes kerken in het historisch centrum gerestaureerd.

Caravaca de la Cruz is op zijn beurt de vijfde heilige stad ter wereld, na Santiago de Compostela, Santo Toribio de Liébana, Rome en Jeruzalem. Net als bij Mar Menor kun je in Archena, in de sprookjesachtige vallei Valle de Ricote, terecht voor thermale baden en spabehandelingen. Maar Archena heeft meer dan alleen weldadige baden te bieden. Ook zijn er belangrijke archeologische vondsten gedaan (resten van de Iberiërs) en kun je langs de oevers van rivier de Segura mooie wandeltochten maken.

Meer lezen?

De volgende artikelen over de regio Murcia verschenen eerder in het magazine ESPANJE! en kun je nu op de website lezen:

Murcia & Cartagena: lelijk eendje wordt prachtige zwaan

Hoe kom je in Murcia?

Auto

Met de auto is de afstand vanaf Utrecht naar regiohoofdstad Murcia 2090 kilometer.

Vliegen

Murica telt één luchthaven:

  • Region of Murica, Aeropuerto Internacional Región de Murcia

Transport ter plekke

Vanuit Madrid Atocha gaat er direct een Alvia trein naar Murcia Del Carmen, de reistijd is 3 uur en 30 min.

 

Mediterraan & zonnig

Murcia is een vrij bergachtig, droog, heet en dunbevolkt gebied. De streek heeft een mediterraan klimaat met invloeden van een steppeklimaat of halfwoestijn. Daardoor zijn de winters over het algemeen mild (met een gemiddelde temperatuur van 11 graden in december en januari) en de zomers zeer heet. Dan kan de temperatuur zelfs boven de 40 graden stijgen. Jaarlijks is er een gemiddelde van 18 graden. Met driehonderd zonnige dagen per jaar is het in Murcia elk seizoen goed toeven. Alleen in april en oktober kan het behoorlijk regenen.

De geschiedenis van Murcia

Cartagena was voor de Carthagenen, de grootste rivalen van de Romeinen, een belangrijke handelshaven. Ze bouwden er zelfs een bloeiend koninkrijk op. Toen de Carthagenen uiteindelijk door de Romeinen werden verslagen, werd Murcia door het Romeinse Rijk opzij geschoven. Het kan zijn dat de streek binnen de provincie van Hispania Carthaginensis viel, maar officieel stond de regio in de Romeinse periode nergens geregistreerd.

Dat veranderde toen de Moren aan de macht kwamen. De huidige hoofdstad van de autonome regio werd tussen 830 en 840 na Christus door hen gesticht. De kalief van het kalifaat van Córdoba, Abd al-Rahman II, had opdracht gegeven om een stad te bouwen aan de rivier de Segura. Murcia werd een belangrijk commercieel centrum. Daarvan getuigt de vijftien meter hoge verdedigingswal met in totaal 95 torens die de stad ooit rijk was. De streek, het koninkrijk Murcia, werd uiteindelijk een zelfstandige taifa (onafhankelijk moslimrijk) na de val van het kalifaat van Córdoba. Albacete (in het huidige Castilië – La Mancha) en delen van Almería (in Andalusië) hoorden ook bij de taifa.

Na de verovering door de Almoraviden vestigde koning Alfons X van Castilië zich eind dertiende eeuw in de streek, na de Reconquista. Hij verleende Murcia veel privileges. Dit zorgde voor enorme economische groei die met name in de vijftiende eeuw zijn hoogtepunt bereikte. Toen werden onder meer belangrijke irrigatiesystemen aangelegd in de huerta, de boomgaarden waar Murcia om bekendstaat. De straatnamen in het historisch centrum die je nu tegenkomt, verwijzen naar die bloeiperiode.

Cultuur in Murcia

Net als in de rest van Spanje zijn Pasen en Semana Santa (de heilige week voor het paasfeest) belangrijke dagen, maar de lentefeesten in Murcia spannen de kroon. De week begint daar op Goede Vrijdag met de salzillos-processie, een kleurrijke optocht waarin het verraad van Judas onder meer centraal staat.

Ook de Entierro de la Sardina is een bijzondere parade waarbij sardines van papier-maché de stad door worden gedragen. De optocht eindigt op grootse wijze: alle vissen worden in brand gestoken. In de rest van Spanje vindt de entierro (begrafenis) op Aswoensdag plaats en maakt die officieel een einde aan carnaval. Enkel in Murcia wordt het feest voorafgaand aan Semana Santa gevierd. Met de verbranding van de vissen breekt er voor de Spanjaarden een nieuw begin aan. Zondes worden figuurlijk verbrand en er kan met een schone lei worden begonnen.

Eén van de oudste paastradities in de regio is de Bando de la Huerta die al meer dan anderhalve eeuw op heilige dinsdag wordt gehouden. Deze viering bestaat uit folkloristische dansen, parades en proeverijen. De regionale gastronomie komt volledig tot leven. Ook worden verhalen verteld in het panocho, een oude taal die ooit in Murcia gesproken werd.

Meer lezen?

Alle regio's van Spanje

Hier vind je informatie over de verschillende Spaanse regio's, allemaal op één overzichtelijke pagina. Van Asturië tot aan Valencia en van Melilla tot aan Aragón: ESPANJE! geeft je alle kennis over de prachtige autonome gemeenschappen in Spanje.

 

 

The post Murcia appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>
Valencia https://www.espanje.nl/valencia/ Sat, 29 Apr 2017 21:14:13 +0000 http://www.espanje.nl/?p=689 Vooral de lange stranden aan de Middellandse Zee, de zon, cultuur en gastronomie maken van Valencia een populaire regio voor een zonvakantie of een stedentrip.

The post Valencia appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>

De autonome regio Valencia is de uitgelezen bestemming om een zonvakantie met cultuur te combineren. Vooral de lange stranden aan de Middellandse Zee en vele zonuren maken van Valencia een populair vakantieoord. Ook op cultureel vlak heeft de sinaasappelstreek veel te bieden. Laat je trouwens niet verleiden om een hap te nemen uit die heerlijk geurende sinaasappels: het is een oneetbaar soort. Wie een meer actieve vakantie voor ogen heeft, komt in de regio ook aan zijn trekken. Er zijn veel natuurparken waar je kunt wandelen en fietsen, en onder meer de haven van Valencia leent zich uitstekend voor activiteiten op het water. De regio Valencia grenst aan Catalonië, Aragón, Castilië – La Mancha en Murcia, en bestaat uit drie provincies: Valencia, Alicante en Castellón. In de streek wordt naast het Castiliaans, dat de hoofdtaal is, Valenciaans gesproken. Dit is een variëteit of hoofddialect van het Catalaans. Verschillende politici in Valencia hebben geprobeerd om van het Valenciaans een officiële taal te maken, maar zonder succes.

Lees ook: 10 tips voor trips rond Valencia

Wat heeft Valencia te bieden?

Valencia is op de eerste plaats geschikt om heerlijk van de zon te genieten en te luieren op één van de vele stranden die de regio rijk is. Leg je handdoekje bijvoorbeeld neer op het strand van Dénia of Jávea, gelegen tussen Valencia en Alicante aan de Costa Blanca. Deze gezellige kustplaatsen hebben vele barretjes en restaurants waar het goed toeven is. Vanaf Dénia, en ook Valencia, vertrekt er dagelijks een ferry naar de Balearen. Wie loom geworden is van het zonnen, de benen wil strekken en wat van de omgeving wil zien, kan één van de vele natuurparken in de regio bezoeken. Parque Natural de la Albufera in de buurt van El Palmar is een aanrader. Het park is voornamelijk bekend om de paellarijst die hier wordt verbouwd. Ook is er in Albufera het grootste zoetwatermeer van Spanje te vinden en is het park een fijne plek voor trekvogels. In de wintermaanden verblijven er duizenden flamingo’s. ‘De stad van de palmbomen’, oftewel Elche, mag zeker niet worden overgeslagen tijdens een bezoek aan de streek. De enorme palmentuin, die op de Werelderfgoedlijst staat, werd aangelegd toen de islamitische stad Elche door de Moren in de tiende eeuw na Christus werd gesticht. De dadelpalmen zijn voorzien van een uitgebreid irrigatiesysteem dat nog steeds in werking is. Ook de grotten van San José zijn bijzonder. Hier vind je de langst bevaarbare, ondergrondse rivier van Europa. Peñíscola leent zich perfect voor de actieve vakantieganger die ook wat cultuur wil meepakken. Naast het strand loopt een kilometerslang fietspad en ook in de rest van de omgeving kun je fietsen en wandelen. Zo kunnen mountainbikers hun hart ophalen aan het natuurgebied Sierra de Irta. Vanaf de heuvels heb je een prachtig uitzicht over de stad met haar authentieke gebouwen en veertiende-eeuwse burcht. Voor heerlijke gamba’s moet je in Vinaròs zijn. Volgens de legende stierf de hertog van het Franse Vendôme in 1712 nadat hij tijdens een feestmaal in Vinaròs niet van de gamba’s kon afblijven.

Lees ook: 11 x Valencia voor foodies

Valencia (stad)

De gelijknamige hoofdstad van de regio heeft alles in één; Valencia is een diverse stad. Op de plek waar vroeger, voor de overstromingen van 1957, de rivier Turia stroomde, vind je nu een park, midden in de stad. De Jardín del Turia, de oude rivier werd drooggelegd en omgeleid, leid je naar het befaamde Ciudad de las Artes y Ciencias (Stad van Kunsten en Wetenschappen). Dit culturele centrum werd ontworpen door Santiago Calatrava en bestaat uit een stuk of vijf schitterende, innovatieve bouwwerken van ijl glas, licht beton en wit keramiek met veel helderblauw water eromheen. In de gebouwen zijn onder meer de Valenciaanse opera, een wetenschapsmuseum en de Oceanogràfic, het grootste aquarium van Europa, gevestigd. In de wijk Eixample zijn veel art-nouveaugebouwen te bewonderen. Van de muur die het historisch centrum van Valencia tot de negentiende eeuw beschermde, is niet veel meer over. Alleen de stadspoorten Torres de Quart en Torres de Serranos staan nog overeind. De Torres de Quart had een defensieve functie: in de poort zie je nog de gaten zitten van de kanonskogels van de Franse troepen toen Napoleon de stad binnenviel. De Torres de Serranos bleef bewaard omdat deze dienstdeed als gevangenis. Ook Valencia heeft een uitgestrekt strand waar je na een dag slenteren door de stad fijn kunt uitrusten.

Lees ook: 10 beste tips voor in Valencia

Meer lezen?

De volgende artikelen verschenen eerder in het magazine ESPANJE! en kun je nu op de website lezen:

Onze top 10 hotels in Valencia

Costa Blanca, 6X de leukste tips van locals

Hoe kom je in Valencia?

Vliegen

Valencia telt drie luchthavens:

  • Alicante, Aeropuerto de Alicante-Elche
  • Castellón, Aeropuerto de Castellón
  • Valencia, Aeropuerto de Valencia

Auto

Van Utrecht naar de stad Valencia is het 1850 kilometer rijden. Tussen Utrecht en Alicante zit 2035 kilometer.

Transport ter plekke

De stad Valencia heeft een eigen metro- en tramnetwerk (Metrovalencia) en fietsensysteem (Valenbisi). Met 2.750 fietsen verspreid over 275 locaties kun je zowel voor korte als lange tijd een fiets huren om de stad te verkennen. De fietspaden in Valencia zijn uitstekend.

Trein

Vanuit Madrid Atocha vertrekt er direct een AVE trein naar Valencia Joaquín Sorolla, de reistijd is 1 uur en 40 min.

 

Warme zomers, milde winters

De regio Valencia heeft een mediterraan klimaat met warme zomers en milde winters. Er zijn minder extreme temperaturen in vergelijking met het binnenland doordat Valencia aan de zee ligt. De gemiddelde jaartemperatuur is 17,8 graden Celsius. In januari kan het gemiddeld zo’n 16 graden zijn. In augustus loopt de temperatuur op naar gemiddeld 29,6 graden. Er valt jaarlijks maar 454 millimeter neerslag en dat gebeurt, typisch mediterraan, zeer geconcentreerd. Met name de maand oktober kan nat zijn met zware regenbuien.

Geschiedenis van Valencia

Valencia heeft eeuwenlang onder de Moorse heerschappij geleefd. De streek werd in het jaar 711 opvallend vreedzaam door de Moren veroverd en diens overheersing bestond uit een goede samenwerking met de oorspronkelijke bevolking. Valencia maakte deel uit van één van de taifarijken en werd heel belangrijk voor de wijde omgeving. Hoewel de Moorse erfenis in bijvoorbeeld Andalusië duidelijk zichtbaar is, zie je er in Valencia nauwelijks nog iets van terug.

Pas in 1093 kwam de streek in andere handen terecht, na de verovering door Rodrigo Díaz de Vivar: de beroemde Spaanse ridder die beter bekend is als El Cid. Hij veranderde de moskeeën in katholieke kerken en stelde de Franse monnik Jerôme aan als aartsbisschop. In 1102 werd Valencia weer veroverd door de Almoraviden, waarna de katholieke Spanjaarden het gebied in 1238 definitief heroverden.

De vijftiende eeuw staat bekend als de Gouden Eeuw van Valencia. Er was enorm veel welvaart in de streek. Zo groeide de Lonja de la Seda uit tot de grootste markt van Europa waar handelaren vanuit het hele continent naartoe kwamen voor de koop en verkoop van zijde. Ook de literatuur en cultuur floreerden. In 1478 werd in Valencia het eerste boek in heel Spanje gedrukt.

In de middeleeuwen was de katholieke stad Valencia ook berucht om iets anders, namelijk prostitutie. Van 1356 tot 1671 stond het grootste bordeel van Europa in de Spaanse stad, in hartje centrum naast de zijdebeurs. Aan het einde van de zeventiende eeuw verdween de grootschalige prostitutie grotendeels. Eén van de laatste plekken waar prostituees nog actief waren, was het Convento de San Gregorio, een klooster nota bene.

 

Cultuur in Valencia

Eén van de meest bekende feesten in de streek is Las Fallas in Valencia. Het festival begint officieel op de laatste zondag van februari en eindigt in de nacht van 19 maart. Iedere wijk van de stad, elke Casal Faller, maakt een falla: een enorme pop van piepschuim die op karton of hout bevestigd wordt en vol komt te hangen met vuurwerk. Al deze fallas, zo’n zeshonderd stuks, vormen een grote parade door de stad die zijn hoogtepunt bereikt op La Crema, op de slotdag. Dan worden alle poppen in brand gestoken door het vuurwerk af te laten gaan. Hoewel er de hele periode feest wordt gevierd, barsten de echt grote feesten los tussen 15 en 19 maart. Vuurwerk speelt daarbij een grote rol. Op meerdere avonden zijn er vuurwerkshows die niet onder doen voor de grootste en meest indrukwekkende ter wereld. Ieder jaar komen honderdduizenden toeristen en Spanjaarden uit heel het land naar Valencia om Las Fallas mee te maken.

Een ander bekend festival in de regio is La Tomatina: een heus tomatengevecht. In de gemeente Buñol kun je elkaar op de laatste woensdag van augustus een uur lang met overrijpe tomaten bekogelen. Het feest dateert uit 1945 toen een groep jongeren in een baldadige bui tomaten gooide naar feestvierende mensen. Het jaar daarop bekogelden de jongeren elkaar met van huis meegenomen tomaten. Een traditie was geboren.

Gastronomie

paella ValenciaValencia staat niet alleen bekend om zijn uitgesproken feesten, maar ook om een typisch Spaans gerecht. Zo komt paella oorspronkelijk uit het dorpje El Palmar, dat slechts tientallen inwoners heeft maar wel een hoop paellarestaurants. In de ruim dertig eetgelegenheden eet je de paella in de meest pure vorm, namelijk tussen de rijstvelden. Waar de Valencianen na een goede pan paella het liefst bijkomen met een siësta, kan dat in El Palmar met een rustgevend boottochtje over het meer van natuurpark Albufera.

Een overblijfsel van de Moorse cultuur in de streek is de enorme hoeveelheid zoetigheid. De turrón wordt massaal gegeten tijdens kerst. Dit soort noga van honing, suiker en amandelen is in tientallen varianten te verkrijgen en vindt zijn oorsprong in Alicante.

Typisch Valenciaanse drankjes zijn de horchata en de agua de Valencia. De horchata is een ijskoud, zoet en melkachtig drankje dat van aardamandelen, water en suiker wordt gemaakt. ’s Zomers staan de boulevards vol met karretjes waar je deze drank kunt kopen. De Agua de Valencia is een cocktail van sinaasappelsap, cava en Cointreau die als limonade wegdrinkt (dus kijk goed uit!).

Meer lezen?

Alle regio's van Spanje

Hier vind je informatie over de verschillende Spaanse regio's, allemaal op één overzichtelijke pagina. Van Asturië tot aan Valencia en van Melilla tot aan Aragón: ESPANJE! geeft je alle kennis over de prachtige autonome gemeenschappen in Spanje.

 

 

The post Valencia appeared first on ESPANJE! | Reis- en cultuurmagazine over Spanje.

]]>