Overweeg je zaken te gaan doen in Spanje? Mogelijkheden genoeg! Het klimaat, gastvrije mensen en het heerlijke Spaanse leven krijg je er gratis bij. Maar houd er wel rekening mee dat zakendoen in Spanje toch echt anders is dan in Nederland. Dit zijn onze tips voor Nederlandse ondernemers op de Spaanse markt.
1. Leer de taal. Natuurlijk kun je niet van de ene op de andere dag vloeiend Spaans spreken, maar enige kennis is absoluut aan te raden. Niet alle Spanjaarden spreken goed Engels en bovendien kunnen ze het erg waarderen als een extranjero ze in hun eigen taal aanspreekt. Wie van plan is zich te vestigen in Baskenland of Catalonië, raden we aan om ook een woordje Baskisch of Catalaans te leren.
Lees meer: dit is wat je moet weten voordat je Spaans gaat leren
2. Lees je in. Vanzelfsprekend is de wetgeving in Spanje anders. Laat je goed informeren over de regels die opgaan bij zakendoen.
3. Geduld is een schone zaak, en dat gaat zeker op in Spanje. Houd er rekening mee dat je meerdere keren van het kastje naar de muur zal worden gestuurd en dat ‘Ik bel je terug’ niet altijd betekent dat je inderdaad wordt teruggebeld. Gewoon doorzetten: de aanhouder wint.
4. Nederlanders zijn direct, en daar kunnen ze in Spanje soms best van schrikken. Kom niet meteen to the point, maar kleed je boodschap aan met vriendelijke woorden. Uitgebreid lunchen en praten over het weer en voetbal (zie punt 5) kan helpen om dingen voor elkaar te krijgen.
5. Over voetbal en politiek kunnen Spanjaarden uren praten, maar probeer je gesprekspartner een beetje in te schatten. Een Barça-fan zal het niet erg waarderen als jij Real Madrid de hemel in prijst en politieke thema’s als de Catalaanse onafhankelijkheidskwestie kan ook erg gevoelig liggen en een meeting aardig verpesten.
6. Het Spaanse zakenleven biedt volop kansen, maar vergeleken met Nederlanders zijn Spanjaarden terughoudender met het nemen van risico’s. Respecteer dat.
7. Breid je vrienden- en kennissenkring uit met locals. Zij weten vaak precies bij wie je moet zijn voor bepaalde zaken en via-via krijg je in Spanje nou eenmaal veel voor elkaar.
8. Ken je markt! Besef dat Spanje groot is en dat regio’s onderling veel van elkaar verschillen. Hetzelfde geldt voor de verschillen tussen stad en platteland.
9. Neem een lokale gestor (boekhouder) in de arm, die je kan helpen met papierwerk en juridisch advies, en een schakel kan zijn met Spaanse instanties. De investering haal je er gegarandeerd uit!
10. Wie met personeel werkt: neem lokale, Spaanse medewerkers aan. Zij kennen de markt en hebben ook weer hun lokale contacten. Goed voor de klantenbinding!
11. Zet gemaakte afspraken op papier. In gesprekken kunnen allerlei beloftes gedaan worden, maar als er niets zwart op wit staat heb je er weinig aan.
12. Zorg dat je belangrijke documenten door een beëdigd vertaler naar het Spaans hebt laten vertalen.
13. Houd rekening met een andere dagindeling. Twee uur pauze tussen de middag is heel gewoon, dus verwacht dan niet dat je iemand te pakken krijgt. De Spanjaarden werken tot later door, vaak tot een uur of zeven, acht ’s avonds.
Lees ook: dit is wat je moet weten voor je naar Spanje emigreert
14. Lunchafspraak buiten de deur? Kijk er niet gek van op als je Spaanse tafelgenoten gewoon een biertje of glas wijn bestellen, en vervolgens weer gewoon aan het werk gaan.
15. Zolang het niet neigt naar omkoping, wordt een relatiegeschenk(je) meestal gewaardeerd. Zeker als het iets typisch Nederlands is (stroopwafels doen het altijd goed!).
16. Bij kennismaking begroeten Spanjaarden elkaar vaak met twee zoenen (man-vrouw en vrouw-vrouw: mannen geven elkaar meestal een hand). Voor een Nederlander kan het misschien wat intiem aanvoelen, maar ook bij zakendoen zijn dos besos heel gewoon.
