Vooral positieve trend in Balearen, Alicante, Valencia en Málaga
Het aantal besmettingen in Spanje blijft dalen, zo blijkt uit de cijfers van het Instituto de Salud Carlos iii, de Spaanse overheidsinstelling die de gegevens levert aan de European Centre for Disease Prevention and Control. Dit positieve beeld wordt bevestigd door de dalende trend in de Spaanse cijfers van de afgelopen twee weken op de site Worldometer. In de media is nu veel aandacht voor het stijgende aantal doden en ziekenhuisopnames, maar dat is een logisch gevolg van de piek in besmettingen van de afgelopen weken. De trend is echter positief als je kijkt naar het aantal nieuwe besmettingen. Vooral de belangrijke toeristische bestemmingen laten een zeer gunstig beeld zien. Op de Balearen daalde het aantal positief getesten per 100.000 zelfs van 92,65 naar 20,01 waarmee het reproductiecijfer (R) uitkomt op 0,22. Bij een R van 1 besmet een persoon 1 ander persoon, is het lager dan daalt het aantal besmettingen, is het hoger dan stijgt het aantal besmettingen. De trend is ook positief in bijna alle andere toeristische bestemmingen zoals de provincies Alicante (52,13>22,44 R 0,43), Valencia (62,10 >26,86 R 0,43 en Málaga (80,4>42,42 R 0,53). Ook in Baskenland gaat het eindelijk weer de goede kant op en zelfs in Madrid, de grootste brandhaard van het land, daalt het aantal besmettingen licht. Alleen in provincies die niet of nauwelijks toeristisch zijn zien we een stijging zoals in Lugo en Zaragoza. Wat verder opvalt is dat alle hierboven genoemde Spaanse toeristische bestemmingen onder het Nederlandse weekgemiddelde van 46,4 op 100.000 zitten. Ze steken vooral gunstig af tegen Noord-Holland (76,2 per 100.000) en Zuid-Holland (79,8 per 100.000) uit het laatste weekrapport van het RIVM.
Op basis van deze cijfers kunnen wij niet anders dan het RIVM en ministerie van Buitenlandse Zaken verzoeken om Code Oranje met spoed in te trekken voor heel Spanje. Wellicht met uitzondering van Madrid en enkele andere provincies waar het aantal positief getesten nog steeds beduidend hoger ligt dan in Nederland.