turrón Spaanse kersttraditie

Rond de feestdagen is turrón niet weg te denken uit Spaanse huishoudens. De zoete lekkernij doet sterk denken aan noga en is het hele jaar door verkrijgbaar in Spanje, maar met name populair rond de kerst.

Oorsprong

Turrón is gemaakt van honing en amandelen (aangevuld met vele variaties) en wordt in Spanje met name geproduceerd in de provincie Alicante. Uit documenten uit de zestiende eeuw blijkt dat inwoners van Alicante hun salarissen deels in geld, deels in turrón kregen uitbetaald. De lekkernij werd vanaf de vijftiende eeuw in Spanje geïntroduceerd door de Moren.

Tegenwoordig is Jijona, een stadje in Alicante, dé plek om turrón te proeven en te kopen. Hier vind je zelfs een turrónmuseum.

Lees meer: 10 x de leukste Spaanse kersttradities

Twee soorten turrón

Er zijn twee soorten: de harde en de zachte variant.  Het verschil tussen deze twee zit ‘m in de amandelen, een van de basisingrediënten. Bij de harde variant (turrón duro, op z’n Spaans) blijven de amandelen heel, terwijl ze bij de zachte variant (turrón blando) tot een gelei gemaakt worden. Naast de klassieke soorten, die uitsluitend uit amandelen, honing en eiwit bestaan, zijn er ook moderne varianten op de markt, met ingrediënten als: chocolade, hazelnoten, kokos, suiker en marsepein.

In Spanje is turrón te koop in elke supermarkt en zijn er zelfs winkels die zich alleen op deze lekkernij richten. Wie het in Nederland wil kopen, heeft het een stuk lastiger. Kies noga als alternatief of – in het geval je een ware keukenprins(es) bent – probeer zelf turrón te maken.

Zelf (harde) turrón maken:

Ingrediënten:
400 gram geroosterde amandelen of 400 gram gemalen amandelen
200 gram honing
300 gram suiker
1 tl kaneelpoeder
scheutje citroensap
5 eiwitten.

Verder heb je nodig:
blender
pan
houten spatel
ingevette cakevorm

Voorbereiding
Maal eerst de amandelen in de blender goed fijn en klop daarna de eiwitten stijf, en zet deze koel weg

Bereidingswijze
Doe de fijngemalen amandelen met de honing en suiker in de pan. Voeg een paar druppels citroensap en wat kaneelpoeder toe. Verhit op een laag vuur de inhoud van de pan. Blijf een aantal minuten goed roeren met een spatel. Meng de stijf geslagen eiwitten goed door het amandelmengsel. Blijf net zo lang roeren tot er een gelijkmatige enigzins compacte amandelpasta ontstaat. Haal de pan van het vuur als de amandelpasta een mooie bruine kleur heeft gekregen en begint te karameliseren. Schep de inhoud van de pan in de cakevorm. Laat de amandelpasta helemaal afkoelen en snijd hierna de plak in kleinere stukken.

Lees meer: 10 magische kerstmarkten in Spanje