Flamencozangeres Luna Zegers koos in 2021 voor ESPANJE! de mooiste nieuwe Spaanstalige muziekalbums uit. Van flamenco en pop tot swingende Cubaanse muziek en jazzy tango. In elke nummer van ESPANJE! verschenen acht tot tien nieuwe tips. We hebben ze even voor je op een rijtje gezet. En wat voor een rijtje. Luister, geniet en ¡A bailar!

Israel Fernández & Diego del Morao – Amor

Een van de opwindendste jonge stemmen in de hedendaagse flamenco is die van Israel Fernández, in Toledo geboren gitano met Andalusische wortels. Op Amor zingt hij voor het eerst ook teksten van eigen hand, zoals over verlangen (El anhelo) en liefdesverdriet (Querencia). Hij laat horen over een eigen klank te beschikken, terwijl in zijn stem ook grote zangers als Camarón en Antonio Chacón echoën. In het prachtige Soleá del cariño klinkt Fernández’ stem vloeibaar als stromend water en glijdt hij soepel over de noten. Uiteraard laat hij af en toe ook een quejío ontsnappen, de klaaglijke stembuiging die flamencozang mede kenmerkt. Hij is ook ritmisch sterk, wat hij overtuigend laat horen in Bulería del reproche. Gitarist Diego del Morao is zijn perfecte begeleider, die zijn ritmische spel in de traditie van Jerez de la Frontera zoals altijd koppelt aan een aantrekkelijke eigentijdse benadering van de flamencogitaar. Flamencozang en -gitaar om van te smullen.

 

Yilian Cañizares – Erzulie

De kleurrijke voorkant van dit album is een lust voor het oog en weerspiegelt de uitbundige muziek van de Cubaanse violiste en zangeres Yilian Cañizares. Erzulie is de Haïtiaanse godin van liefde en vrijheid, en Cañizares lijkt regelmatig zelf in de huid van dit personage te kruipen. Haar stem kan zwoel klinken, zoals op openingsnummer Habanera, of percussief, zoals in het uptempo Cimarrón. Haar viool vlamt soms energiek (Contradicciones) en klinkt dan weer verleidelijk (Manos Abiertas). Geboren in Havana en wonend in Zwitserland mengt ze de ritmes en klanken uit haar thuisland met speels gemak met de jazz waarmee ze in aanraking kwam sinds ze in Europa woont. Tijdens haar liveconcerten zingt en speelt ze tegelijkertijd en ook op dit album vervlecht ze haar stem en instrument schijnbaar moeiteloos. Een heerlijk expressieve mix van Afro-Cubaanse ritmes en originele melodieën, met teksten in het Spaans en Yoruba.

 

Lees ook: de grootste Spaanstalige hits 

Maria Rodés – Lilith

Vanaf de eerste noten op Maria Rodés vijfde album is de mysterieuze toon gezet. De Catalaanse kwam op het spoor van verhalen over heksen en voelde zich aangetrokken tot het idee dat ze zelf wellicht ook als heks gezien zou worden als ze eeuwen eerder had geleefd. De titel verwijst naar de eerste vrouw van Adam, die uit het paradijs stapte omdat ze zich niet aan hem wilde onderwerpen . Rodés noemt Lilith een eerbetoon aan vrouwen als vrije, creatieve en non-conformistische wezens. In Con los pies desnudos zingt ze plagerig dat ze god en de duivel uitlacht, en in La extraña werpt ze haar licht op de verschillende rollen die een vrouw kan vervullen. Haar lieflijke stem betovert met mooie liedjes. Rodés heeft een voorliefde voor walsritmes, die bij haar enigszins verontrustend klinken, bijvoorbeeld door een dreigend aangestreken cello (Les bruixes tornen). Rodés’ mystieke wereld vol ijle tweede stemmen en tokkelende snaarinstrumenten gaat broeierig onder je huid zitten.

 

Rozalén – El Árbol y el Bosque

De herkenbare stem van singer-songwriter Rozalén kan fluwelig klinken maar heeft ook een prettig rafelrandje. Op haar vierde album kiest ze voor folk, rock en pop, aangevuld met invloeden uit Cubaanse son en Mexicaanse ranchera. Haar openhartige teksten over verlangen naar vrijheid (Este tren), nee leren zeggen (Que no, que no) en de antwoorden op je vragen van binnen vinden (Y busqué) zijn kijkjes in haar leven die ze op lichtvoetige wijze etaleert. De meeste nummers op El Árbol y el Bosque zijn lekker dansbaar en nemen je op speelse wijze mee in haar leefwereld, die allesbehalve oppervlakkig is. Bij Rozaléns concerten is altijd een gebarentolk, ze schreef een nummer voor hiv-positieven en had een hit met La Puerta Violeta, dat een hymne werd van de strijd tegen gendergeweld. Met dit levendige gelaagde album bewijst ze dat inhoud prima samengaat met een smeuïge vorm.

 

Dani de Morón – Creer para ver

Dani de Morón is het stadium van goed bewaard geheim definitief voorbij. Paco de Lucía zette hem terecht in het spotlicht toen hij hem als tweede gitarist meenam op zijn laatste wereldtour. Met zijn subtiele spel en zijn zoektocht over de grenzen van flamenco is De Morón een van de boegbeelden van een generatie gitaristen die de traditie door en door kennen, maar ook een persoonlijke signatuur creëren. Waar hij zich op zijn vorige album omringde met zo’n beetje alle grote flamencozangers (m/v) van deze eeuw, is zijn aanpak op Creer para ver soberder. Dani de Morón is een creatieve avonturier die de kunst van het weglaten heeft geperfectioneerd. In elke noot klinkt subtiel zijn verlangen naar muzikale vrijheid. In Agustín Diassera vindt hij een vaardige percussionist die de gitaar geraffineerd en smaakvol ondersteunt. Samen nemen ze de luisteraar steeds een stap verder mee dan deze verwacht.

 

Okan – Espiral

Elizabeth Rodriguez (zang en viool) en Magdelys Savigne (zang en percussie) vormen samen de band Okan. Okán betekent ‘hart/ziel’ en komt van de Afro-Cubaanse religie santeria. Vanuit hun Afro-Cubaanse roots onderzoeken en omarmen ze muzikale rollen die historisch werden gedomineerd door mannen, en geven er hun energieke eigen draai aan. Okan is ritmisch sterk: de muzikanten schakelen moeiteloos tussen verschillende ritmische patronen binnen een nummer zonder dat ze aan dansbaarheid inboeten. Met teksten over migratie (Baila Canada), moed en liefde (Águila) en ingenieuze composities creëren ze een eigenzinnige samensmelting van wereldmuziek, folk en jazz. In zes eigen stukken en drie covers, waaronder een versie van Bésame Mucho met intrigerende percussie, reizen ze langs stijlen als danzón, son montuno, mambo en merengue. Okan overtuigt eveneens qua samenzang van Rodriguez en Savigne, vanaf de santeria-chant in titelnummer Espiral tot de emotionele afsluiter Pie de Foto.

 

Lees ook Spaanse hits uit de oude doos

Victor Villena – Dúos 

Bandoneonist Victor Hugo Villena verkende op zijn album Bandoneón Ecléctico al de mogelijkheden van zijn instrument in andere stijlen dan de traditionele tango van zijn geboorteland Argentinië. Als vanzelfsprekend tovert hij hedendaags klassiek en een snuif jazz uit de bandoneon, die in zijn handen spannend en tegelijkertijd vertrouwd klinkt. Op Dúos nodigt hij in twaalf meeslepende stukken steeds weer een andere artiest of ensemble uit om een muzikaal gesprek aan te gaan. Vanaf het openingsnummer, een fijnzinnige bewerking van Egberto Gismonti’s Agua e Vinho, zet Villena met gloedvol spel de toon van dit overtuigende album. De samenwerkingen maken deze plaat aangenaam afwisselend, waarbij snaarinstrumenten als gitaar en viool de boventoon voeren. De piano op Canción de Cuna para una Madre klinkt prachtig weemoedig, en de stem van zangeres Cristina Vilallonga (Gotan Project) fluwelig in Trenzas. Heerlijk warmbloedige kamermuziek.

 

Judit Neddermann – Aire 

De Catalaanse Judit Neddermann is geen onbekende in de Spaanse muziekscene: ze werkte reeds samen met populaire muzikanten als Alejandro Sanz, Jorge Drexler, Serrat, Macaco, Amaia en Rozalén. Ze zong in allerlei groepen, van mediterrane folk en pop tot vocale jazz en Braziliaanse muziek. Na drie eerdere albums met liedjes in het Catalaans was het popzanger Sanz die Neddermann aanmoedigde om te schrijven in het Spaans. Op Aire zingt Neddermann teksten die aansporen om te zingen (Canta) of je dromen te volgen (Luna). Samen met haar zus, pianiste Meritxell, brengt ze een ode aan hun moeder waarin ze dankbaar een liefdevol beeld schetst van haar moeders rol rol in haar leven (Jo Et Canto a Tu). Warm geproduceerd door multi-instrumentalist Arnau Figueres en met sprankelend gitaarspel van broer Pau Figueres, heeft Neddermann een toegankelijk en lichtvoetig album gemaakt. Haar kristalheldere stem en openhartige teksten doen de rest.

 

Rycardo Moreno – MiEsencia 

Als je als gitano in Lebrija (Sevilla) opgroeit en je toelegt op gitaar, zit flamenco in je DNA, en al helemaal als je mentor Gerardo Núñez heet. Rycardo Moreno kent zijn klassiekers en werkte met bekende artiesten als Concha Buika en Arcángel, maar heeft ook al twee eigenzinnige cd’s op zijn eigen naam staan. Zijn avontuurlijke benadering katapulteerde hem naar de vanguardia van de hedendaagse flamencoscene, en MiEsencia bevestigt die positie. Door het album heen beweegt hij zich moeiteloos tussen traditioneel akoestisch geluid en een elektronisch gestuurde sound, door gebruik van aan de gitaar gekoppelde synthesizers. Naast een kundige gitarist is Moreno ook een onconventionele componist, die met jazzy improvisaties een verfrissende speelsheid inbrengt. De kracht van dit album zit hem ook in de wisselwerking met Moreno’s medemuzikanten, waarbij vooral de piano en toetsenpartijen opvallen, zoals in Guajira Mía!! en Suite Lebrija Jerez S. XXI. Eclectische flamenco voor de 21e eeuw.

 

Clara Peya – Perifèria 

Niet alleen met haar heldere toon en minimalistische spel heeft pianiste-componiste Clara Peya een herkenbare muzikale identiteit. Ze is eveneens een uitgesproken persoonlijkheid die in poëtische teksten haar sterke betrokkenheid laat zien bij activisme voor sociale en gendergelijkheid, zoals te horen is in La Niña en Mujer Frontera. De Chileens-Franse Ana Tijoux en actrice Alba Flores bezingen deze noodkreet over vrouwelijke seizoensarbeiders die in slechte leefomstandigheden in de aardbeienindustrie in Huelva werken, op een bijna onderkoelde manier, wat de spanning extra voelbaar maakt. Waar Peya voorheen veelvuldig samenwerkte met vrouwelijke zangers, vervlecht het dromerige stemgeluid van Henrio (Enric Verdaguer) zich in de overige nummers op Perifèria op vloeiende wijze met haar pianospel. De drie producers, Peya zelf plus bassist Vic Moliner en drummer Dídak Fernández, zetten op dit hele album smaakvol elektronica in voor een broeierig geluid. Een innemende plaat met meerdere lagen.

Op de clip van Mujer frontera is voor de liefhebbers van La Casa de Papel een bekende te zien, Alba Flores alias Nairobi.

 

Clamor – Maria Arnal i Marcel Bagés

De hypnotiserende zang van Maria Arnal ondersteund door een prikkelende elektronische beat sleurt je meteen het eerste nummer Milagro in. Het is de voorbode van een album vol poëtische nuances en labyrintische sferen, met arrangementen die je in trance brengen. Producer David Soler heeft ook een bepalende hand in de gevarieerde composities en de zorgvuldige arrangementen van strijkers en stemmen. Subtiele elektronica, meeslepende refreinen, een warme elektroakoestische instrumentatie en bevlogen teksten maken van Clamor een album dat nog lang zal kunnen bekoren.

 

Carlos Cano en Clave de Jazz  – Giulia Valle

De man aan wie dit album een hommage is, Carlos Cano, is onder fijnproevers een begrip: poëet, singer-songwriter, productieve componist die altijd de ironische en emotionele lading van zijn tijdloze teksten en liedjes verdedigde. Ter ere van zijn 75e geboortedag nam de in Barcelona wonende Italiaanse bassiste Giulia Valle dik een uur muziek op tijdens een liveconcert dat werd uitgebracht onder de titel Carlos Cano en clave de jazz. De luisterliedjes van Cano lenen zich wonderwel voor de energieke contrabas van Valle. Haar instrument vervlecht zich innig met de prettige stem van zangeres Rusó Sala en de overige musici op cello, piano, drums en saxofoon/klarinet/dwarsfluit. Een uitbundig album met elf liedjes waarin Cubaanse son, rumba, tango, Latijns-Amerikaanse folklore en de melancholie van de fado doorklinken, aangevuld met sprankelende improvisaties.

 

La Contraçeña – Califato ¾

Na een goed ontvangen debuut is dit tweede album La Contraçeña een sterke opvolger. Califato ¾ is een band die elektronica combineert met Andalusische volksmuziek. Dit is één grote dansbare trip, met het Andalusische dialect por bandera en het hart op de tong. De band toont zich schatplichtig aan Indiase, christelijke, Moorse en Joodse voorouders in Indiô der çûh, oftewel Indios del sur, of in Er carrito de lô muertô, dat Arabische instrumentatie combineert met een cante por seguiriya. Thema’s als Jueves Santo, een bezwerende rap met muzikale referenties aan de voor Semana Santa kenmerkende saetas, of de bijna hallucinogene sevillanas in Pascual Márquez 33 geven blijk van een diepe verbondenheid met het Andalusische canon, maar altijd met een vervormende twist. Meerdere luisterbeurten aanbevolen.

 

La Costa de los Mosquitos – Travis Birds

Nadat een nummer van singer-songwriter Travis Birds op Instagram werd gescout voor de soundtrack van de Spaanse hitserie El Embarcadero, veranderde alles. Op La Costa de los Mosquitos laat ze zich leiden door obsessies, als ‘muggen’ die haar kwellen en niet met rust laten. De Madrileense vat teksten over wroeging (Madre Conciencia, dat bijna klinkt als moderne copla en waarop haar stem in de verte doet denken aan zangeres Rosalía) en zelftwijfel (Claroscuro, in een lichtvoetig rumba-ritme) in relatief ingetogen muziek die zich beweegt tussen pop en Latijns-Amerikaanse folklore, met steeds haar stem en gitaar als basis.

 

Ser de luz – Sergio de Lope

Fluitist en saxofonist Sergio de Lope, winnaar in de categorie instrumentaal van het flamencoconcours Cante de las Minas, laat met deze plaat horen dat hij een hoop te melden heeft. De bandleider brengt op Ser de luz een groep jonge honden uit de flamenco samen met wie hij een explosie van creativiteit initieert. Het album start contemplatief met een uitgesponnen intro op Madre Tierra, dat omslaat in een jazzy pianosolo waarop zanger Matías López meerdere lagen stemmen drapeert, om daarna teder te eindigen als nana (slaapliedje). Het zet de toon voor vijftig minuten boeiende muziek van De Lope, die een geestdriftige improvisator die jazz, elektronica, progressieve rock, psychedelica en wereldmuziek omarmt. De band verdient met dit album een stevige plek aan het moderne flamencofirmament.

En verder

 

Zahara – Puta

Collectie sterke popsongs, dansbaar en tegelijkertijd verontrustend qua teksten en klanklandschap

 

Pedro Guerra – El Viaje

Mooi introspectief songbook van Canarische troubadour, ingehouden gezongen op nostalgische toon

 

Alba Molina – El beso

Dochter van het illustere muzikantenechtpaar Lole y Manuel slaat een nieuwe weg in met meer eigen, jazzy sound

 

Javier Limón – Hombres de Fuego

Warmbloedig vervolg op Mujeres de Agua van Madrileense producer, met een brede selectie aan bekende zangers

 

Eva Ryjlen – Onírica 

Een pleidooi voor veerkracht en vrouwelijkheid in verleidelijke smeuïge popnummers

 

Paquito d’Rivera – Septeto Cariberian

Meesterklarinettist D’Rivera geeft Iberische klassiekers als Danza del Fuego en Concierto de Aranjuez een uitbundige Caribische latin-jazzbehandeling.

 

Tangana – El Madrileño

Rap, trap, reggaetón, salsa, electrónica en flamenco op een album vol bekende artistas invitados als Eliades Ochoa, Gipsy Kings, Kiko Veneno, Jorge Drexler, Niño de Elche en La Húngara.

 

Kali Uchis – Sin Miedo 

Colombiaans-Amerikaanse zangeres en professioneel buitenbeentje Uchis brengt haar zwoele cross-overpop zelfverzekerd, geïnspireerd door bolero’s, reggaetón en de latin soul uit haar jeugd.

 

Stay Homas – Agua 

Tijdens de eerste lockdown werd dit trio razend bekend door bemoedigende muziekvideo’s vanaf hun Barcelonese dakterras, met driestemmige zang en huisgemaakte percussie-instrumenten.

 

Muerdo – La Sangre del Mundo 

Zanger, songwriter en dichter Muerdo uit Murcia verwerkt invloeden uit Jamaicaanse reggae, Mexicaanse folklore en andere Latijns-Amerikaanse muziek in mooie luisterliedjes met dito teksten.

 

Lido Pimienta – Miss Colombia

Een warm palet van Afro-Colombiaanse ritmes en instrumenten met krachtige geëngageerde teksten, vol bezieling gezongen door deze flamboyante Colombiaans-Canadese artieste.

 

Cazzu – Una niña inútil

Deze eigenzinnige Argentijnse rapt en zingt met veel flow op haar derde album, vol Spaanstalige hiphop, trap, reggaetón en R&B, gecombineerd met een estética punk.

 

Antonio Orozco Aviónica

Aanstekelijke melodieën, extraverte teksten en een meeslepende sound van popzanger Orozco, met reeds tien succesvolle albums een bekende naam in Spanje en Latijns-Amerika.

 

Chico Pérez – Gruserías

Energiek debuut van getalenteerde jonge pianist uit Jaén; flamenco fusión met invloeden uit klassiek plus een vleugje blues en jazz.

 

Yuliesky González – Cubanero

Sfeervol debuutalbum van Cubaanse trompettist vol warmbloedige Afro-Cubaanse latin-jazz in strak samenspel met sterke Scandinavisch/Duitse band.

Meer tips voor Spaanstalige muziek? Lees dan ESPANJE! Een jaar lang voor slechts €19,95. Je regelt het hier in een paar seconden.